Jaarboek 1927 - pagina 23

30

blijven bestaan. Daartoe is zoo'm klein volksdeel niet in staat. Ontbreken zal daarvoor 't noodige reservoir van geestelijke krachten en zulk een innerlijk waarachtig, klaar bewust geestelijk leven, dat de religieuze diepte kent en doorleeft. Er is geen stabiliteit der geesten. Een tweede en derde geslacht is nooit wat het eerste was. Wij zien de 'diögen anders. "Wij' vragen^ (hoe staat het met ons g e l o o f ? Gelooven wij:, dat G o d onze Universiteit draagt, of dat ze wordt gedragen door m e n s c t e n. Is dit laatste 't geval, laten wij haar dan maar opschrijven ten doode. Draagt God haar, dan is haar toekomst verzekerd. In ons ge l o o f legt de Heere als het ware haar voortbestaan in onze eigen hand. Daarom zij er onder ons een bidden om g e l o o f . Zie in de 'hoogeschooli van ons Gereformeerde volk geloofsw©rk van kinderen Gods .en zeg met hen, dat God haar o e f e n t , b e w a a r t en d r a a g t . Boven 'haar is 't wakend oog Zijner iliefde en onder haar is Zijn dragende 'almacht. Op diei liefde en almacht isamen vertrouwden onze vaderen. Dat willen ook wij, 'hun kinderen. Want 'hun God is o n z e God. Naar het bezielend woord van den voorganger werd door de groote schare met aandacht geluisterd. Gezongen werd Psalm 141 : 2, waarna Ds. Buffinga de belangen van vereeniging en hoogeschool, en van allen, die aan haar arbeiden, in een ernstig smeekgebed den Heere opdroeg. Bij het eindigen van de samenkomst werd het laatste vers van Psalm 48 aangeheven en vervolgens nog gezongen bij het verlaten van '.het kerkgebouw de zegenbede uit het Gebed des Hoeren. Gezellig samenzijn. Door de goede zorgen der Regelingsoommissie werd ma afloop van den bidstond in den foyer van de Doelezaal een gezellige bijeenkomst gehouden met de leden en begunstigers. Het was er zeer vol. De voorzitter van de regelingscommissie, Dr. B. J. F. Bavinck, opende met een woord van welkom. Door een koor, onder leiding van den 'heer H. H. Tobé, werden verschillende liederen gezongen. De iheer Tobé zong als baritonsolist eenige nummers, o.a. het lied van Dr. A. Kuyper: „Een zucht beheerscht mijm leven", getoonzet door P. Anders. Door Ds. F. G. M e y s t e r werd ©en opwekkende rede gehouden. De stidhting, die wij hebben, wordt ons in het buitenland benijd. Men begrijpt niet, dat het kleine Holland zulk een Universiteit kan in stand houden. Ditmaal wordt vergaderd in Rotterdam, de zaken-stad. Docla ook hier klopt een warm hart voor de vrij© gedachte, die aan deze geloofssüchting ten grondslag ligt.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen