GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Jaarboek 1936 - pagina 83

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jaarboek 1936 - pagina 83

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

81 Ten slotte bespreekt referent het verzekeringswezen en stelt hij in het licht, hoe, bij alle waardeering voor de sociale wetgeving, op velerlei wijze hier bedrog en onrecht worden in de hand gewerkt. Zooals reeds werd opgemerkt, is een strooming merkbaar, ook in •de buitenlandsche literatuur, om te komen tot een hooger ethisch niveau in de geneeskunde. Wanneer de navolging van Christus wordt de norm van het leven, is dit niveau bereikt, wijl de mensch dan niet meer zich zelf leeft, doch Christus in zich draagt als levend en heerschend. Aan de discussie over dit referaat namen deel Mr. S. de Vries Czn., Prof. Dr. L. Bonman, Mr. H. Bijleveld en Prof. Dr. F. W. Grosheide, waama Prof. Michael de debaters beantwoordde. In de middagvergadering was aan de orde het referaat van Prof. Dr. J. Waterink over het onderwerp: „Erfelijkheid en opvoeding". Van dit referaat, dat eveneens aan liet Bureau verkrijgbaar is tegen toezending van ƒ 0.50, geven we de volgende samenvatting: Erfelijkheid en opvoeding. De antwoorden op de vraag naar de verhouding tusschen hetgeen in het leven door erfgoed bepaald is en de mogelijkheden, die in het leven aan de opvoeding worden geboden, loopen wel heel sterk uiteen. Het „sociaal monisme" vindt de vraagstukken van de erfelijkheid weinig belangrijk en legt allen nadruk op de beteekenis van het milieu. Vlak daartegenover staan zij, die heel het leven met alle levensuitingen bepaald achten door het van de ouders ontvangen erfgoed. Bij velen van haar vertegenwoordigers voert deze opvatting tot een paedagogisch pessimisme; voor de verantwoordelijkheid van den individu voor zijn daden is bij deze opvatting geen plaats, 't Is de bedoeling van referent speciaal de vraag te behandelen, of het „paedagogisch pessimisme" op goede gronden betoogt, dat het leven van den mensch feitelijk door zijn erfelijken aanleg wordt bepaald. Op het eerste gezicht schijnt er voor het paedagogisch pessimisme vee! te zeggen. Het is inderdaad juist, dat de levensontwikkeling van den mensch voor een niet gering deel bepaald wordt door datgene, wat als erfgoed van de ouders werd ontvangen. Dit geld niet alleen voor het lichamelijk, doch eveneens voor het geestelijk leven van den mensch. De bewijzen van onderscheiden zijden voor de psychische erfelijkheid aangevoerd zijn niet te weerspreken. Doch wat alles afdoet, ook de Schrift zelf gaat van de gedachte van de erfelijkheid uit. Vooral in de laatste decenniën zijn er tal van onderzoekingen~verricht, die onweersprekelijk hebben aangetoond, dat de mensch zoowel in lichamelijk als in geestelijk opzicht op tal van punten afhan-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1936

Jaarboeken | 178 Pagina's

Jaarboek 1936 - pagina 83

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1936

Jaarboeken | 178 Pagina's