Jaarboek 1956-1957 - pagina 130
om, of deze juist zijn, maar of ze goed gemotiveerd zijn. Welnu, de redenen, waarom schrijver van Meijers' formule afwijkt zijn helder en overtuigend uiteengezet. De voorgestelde formule is zeer verdedigbaar. Als bezwaren zou men kunnen aanvoeren: a. Het verschil tussen ;f^wbruik"en wbruik'van'omstandigheden wordt niet duidelijk. Dat mishtuik géén onrechtmatige handeling zou zijn (blz. 167) is minder goed begrijpelijk. Daardoor verliest het woord zijn taalkundige en zijn in de rechtspraak gebruikeUjke zin. Schrijver vervalt hier in de fout van de Duitse rechtspraak over „Ausbeutung." b. Te licht oordeelt schrijver over de rechterlijke controle op monopolisten. Het Franse en Engelse recht zijn niet voor de conclusie benut (blz. 170—171). c. Evenmin is het duidelijk (blz. 172—173) of er onderscheid gemaakt moet worden tussen foute en goede vormen van zedelijk overwicht. E n moet niet, met Esmein, geëist worden dat „Ie promettant n'a pas accepté de bon g r ê " ; „s'est débattu vainement" of dgl.? De slotsom is dat ondanks enige gebreken de inzending zeker verdienstelijk geacht mag worden. Zij vormt een wezenlijke bijdrage tot de leer van het misbruik van omstandigheden in het Nederlandse recht, waarvoor aan de schrijver een eervolle vermelding kan worden toegekend. N a op 21 oktober 1955 verkregen verlof tot opening van het naambriefje bleek de schrijver te zijn de heer Mr. P. A. Stein te Leiden.
128
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1956
Jaarboeken | 164 Pagina's