Jaarboek 1989-1990 - pagina 38

Onesthetisch uiterlijk of gedrag werkt afstotend. De onesthetische mens wordt niet geaccepteerd in gezelschap. - Ziekten. Er zijn aanwijzingen dat: een aantal en juist invaliderende ziekten minder voorkomen: hartinfarct, cerebraal vaataccident, longemfyseem; invaliderende aandoeningen beter behandelbaar zijn: collumfractuur incontinentie perifere vaataandoeningen cataract; het begin van ziekten naar een latere leeftijd verschuiven: verschillende vormen van kanker, bij mannen steeg de aanvangsleeftijd van longcarcinoom van 63,8 jaar in 1975 naar 66,0 jaar in 1985. Roscam Abbing wees op de verbetering van de gezondheidstoestand van ouderen. Stout en Crawford toonde in een onderzoek over 33 jaar aan dat de leeftijd waarop mensen in de langdurige zorgverlening terecht komen gestaag omhoog is gegaan. Hoogendoorn concludeert uit zijn gegevens, dat de verworvenheden van de heden­ daagse geneeskunde vooral ook aan bejaarden ten goede komen. Naar aanleiding van de verbeterde gezondheidstoestand van ouderen zou ik U een vraag willen voor leggen: plukken de ouderen nu de vruchten van de oorlogsjaren. Toen aten zij weinig, gebruikten geen vet, rookten en dronken niet, waren veel in beweging en deden alles te voet. Zou deze vraag bevestigend beantwoord worden, dan heeft dat betekenis voor de gezondheidstoestand van de bejaarden na 2020, dus van de jeugd uit de zestiger jaren. - Ongevallen. Het aantal ongevallen is de afgelopen jaren in deze leeftijdscategorie afgenomen en de resultaten van behandeling zijn beter geworden. De sterfte na accidenten daalt. De belangrijkste plaats van het ongeval bij ouderen: de woning wordt veiliger. De geestelijke geschiktheid. - Het geheugen wordt minder. De achteruitgang van het geheugen start op het zesde levensjaar. Rond de zestig wordt het hinderlijk. De inprenting kost meer inspanning en verloopt trager. Een belangrijke rol speelt de afleiding. Een nieuw gegeven moet aan bestaande kennis toegevoegd en daarin verwerkt worden. Dit zorgt, gezien de vele kennis en erva­ ring, die aanwezig is bij ouderen, voor vertraging en afleiding. Het vasthouden gaat goed maar niet correct. De inhoud van het geheugen bestaat waarschijnlijk uit herdrukken, niet uit documenten. Men herinnert zich een ge­ dicht uit zijn jeugd omdat men het zo dikwijls opgezegd heeft, niet omdat men het nog van toen kent. Ik heb de indruk, dat het geheugen grotendeels is opge36

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen