GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1906-1907 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 63

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

49 Van waar had dan die anorganische wereld, in zich omsloten, reads de kiem der later uitgebotte doelmatigheden? En is het dan niet voor den evolutionnist alleen maar een verplaatsing maar geen oplossing van het wereldraadsel (als men aanneemt, dat die ontwikkeling alleen mogelijk was door de inwonende macht en kracht tot uitbotting) wanneer men in de nu ontplooide natuur onderzoekt langs welke evolutietrappen het mogelijk bleek, dit resultaat (om het woord doel te vermijden) te bereiken? Maar wat ons betreft: waar hoe langer hoe meer blijkt, gelijk in het voorbeeld der klieren zouder uitloozingsbuis, dat wij van elke steen van het bouwwerk met toenemende kans op een bevredigend antwoord mogen vragen waartoe die dient, en van elke ruimte, waartoe die bestemd is, daar zien wij, (voor wie het niets moeilijker is te gelooven, dat God het alzoo geschapen heeft, dan die „ietwat ongezellige duisternis" als een scotoom in ons brein te negeeren) daarin, — voor zoover noodig — een bevestiging, een aanmoediging van ons scheppingsgeloof. Wel eenigszins ironisch, omdat vele (werk) hypothesen hem te hypothetisch en niet gesteund door of in strijd met de feiten voorkomen, maar toch met eenige dankbare erkenning, waar het in zoovele gevallen bewaarheid blijft, zei dan ook Talma in zijn rede jOver de secretie der zieke nier" uitgesproken in de sectie-vergadering van het Provinciaal Utrechtsch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen op 6 Juni 1905: i) ,Het schijnt wel, dat de natuuronderzoekers overal rozegeur en maneschijn zullen vinden. Telkens weer worden nieuwe doelmatigheden in ons lichaam geopenbaard, zooals de eenvoudige geloovige deze reeds in beginsel aannemelijk had geacht." Maar immers de wijze evolutionnist moet die doelmatigheden ook a priori postuleeren? Waren die doelmatigheden in bouw en functie niet aanwezig (en dus in essentie reeds in de eerste kiem) dan zouden in den strijd om het bestaan die organismen immers nooit tot zulke ontplooiing gekomen zijn? Het is nu maar de vraag of hierbij een welbewust doel dan wel een onopzettelijk bereikt resultaat in het spel is.

')

Ned. ïijdsch. v. Geneest. 1905, Il no. 18, pag. 124 v. Gen. Tüdscbrift

I.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1907

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 238 Pagina's

1906-1907 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 63

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1907

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 238 Pagina's