GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1964 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 254

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

178

F. H. PRUIJS

levende „primitieven" nl. onze kinderen. Natuurlijk begint een kind met te projecteren en vormt het zich een voorstelling van God naar het beeld en de gelijkenis van zijn aardse vader. Dit moet men zich niet te beperkt en te onschuldig voorstellen. Veel verwarring over huiveringwekkende blasphemie en haat tegen „God" kan voorkomen worden, als we bedenken over wie de spreker het eigenlijk heeft? Over de levende God, die vdj menen te dienen of over zijn eigen vader die hij „naar boven verschoven" heeft om een analytische term oneigenlijk te gebruiken. Ik heb er een vaste regel van gemaakt bij mijn patiënten alle aanklachten tegen God, alle boosheid op Hem alle spot en bitterheid te vertalen met klachten over de eigen aardse vader. Natuurlijk wordt dit overgedragen op de therapeut (of de zielszorger) en kan men beurtelings de klacht horen dat wij de patiënt niet door één machtswoord willen genezen of de dank, omdat wij hem op magische wijze „in leven houden", maken dat hij winst maakt op de beurs en dat zijn kinderen genezen van hun mazelen. In de negatieve overdracht worden wij dan de duivel die verantwoordelijk is voor alle misère van de patiënt en zijn gevaarlijkste en machtigste Vijand is. Deze tendens om God te overdekken met het mateloos vergrote en verviTongen beeld van de vader begint in de jeugd, maar wordt bewaard in het onbewuste en kan bij de therapie veel moeilijkheden veroorzaken. Een ongehuwde patiënte uit streng orthodox milieu (géén psychoselijdster en dus naar onze gangbare begrippen met een voldoende hoeveelheid gezond verstand begaafd) verklaarde in alle ernst: „ik ben niet ziek, dus u kunt mij niet helpen. Ik heb God verlaten en daarom heeft God mij verlaten. Het enige wat ik kan doen is naar Leiden gaan, om mij daar geheel aan God over te geven". Mijn vraag hoe het kwam, dat God in Leiden woonde, deerde haar niet. Pas langzamerhand kwam ik er achter: de toenmalige hoogleraar in de psychiatrie te Leiden had haar een poos behandeld. Omdat ze door een diepe vrees-en-eerbied voor de grote man bijna nooit een woord kon uitbrengen in zijn tegenwoordigheid, had hij eens tegen haar gezegd: „U moet zich eerst geheel aan onze Lieve Heer overgeven en daarna aan mij". Het beeld van de ver-eerde en gevreesde hoogleraar (vader-imago) was geheel over haar godsbeeld gevallen en voor haar woonde God inderdaad in Leiden. Een schizophrene patiënte die vóór haar ziekte een „diep-ingeleide" vrome vrouw was, verklaarde dat zij het zo betreurde niet meer naar de kerk te kunnen gaan, maar „God was dood". Haar kin-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1964

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 316 Pagina's

1964 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 254

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1964

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 316 Pagina's