GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1968 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 53

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

JOH. BLOK

33

aan hun doel beantwoorden. Rechtvaardigt de praktijk het aanvaarden van de bezwaren? Vanzelfsprekend beperk ik mij weer tot de Vrije Universiteit. Ook deze laatste vraag beantwoord ik in positieve zin, doch ik heb nergens zozeer de vrees dat de zeggingskracht mij zal ontbreken om mijn mening te motiveren als juist bij deze vraag. Natuurlijk heeft de Vrije Universiteit invloed uitgeoefend op de gang van de maatschappij in Nederland en zelfs in het buitenland. In vele opzichten is deze invloed gunstig geweest. Dit is echter in dit verband nauwelijks relevant. Ten eerste ligt deze gunstige invloed grotendeels in het vlak van de emancipatie en de tegenstanders van de confessionele universiteit zeggen nu juist, dat de volledigheid van de emancipatie een reden is om de confessionele binding op te heffen. Ten tweede is de vraag of in de moderne maatschappij mede door de Vrije Universiteit een weg voor het evangelie wordt vrijgemaakt, onder andere door het aankweken van onbevangenheid ten aanzien van de wetenschap, moeilijk aan de hand van voorbeelden te bespreken. Ik zou er althans geen zinnig woord over durven zeggen. Het is daarom beter een ander uitgangspunt te nemen en de vraag op te werpen of de aanpak van het wetenschappelijk onderwijs binnen de Vrije Universiteit op zodanige wijze geschiedt, dat de mogelijkheden voor het verwezenlijken van haar intenties optimaal zijn. Hierover wil ik voorzichtig proberen iets te zeggen, niet alleen op grond van mijn ervaring als docent, doch ook vanuit de herinnering aan mijn eigen studietijd. In hoeverre wordt een student aan de Vrije Universiteit gestimuleerd om de wetenschap die hij heeft gekozen, te „plaatsen" in zijn eigen wereld op zodanige wijze, dat zijn gevoel van verantwoordelijkheid als christen in relatie tot deze wetenschap komt te staan? Hierbij kan men aan twee wegen denken, die elkaar geenszins uitsluiten of overbodig maken. De eerste weg is die van filosofische scholing. Tentamens in de filosofie zijn dan ook voor een student aan de Vrije Universiteit verplicht, doch, mirabile dictu, juist in het begin van zijn studie, wanneer hij nog nauwelijks enige notie heeft van de inhoud van zijn eigen vakwetenschap en bovendien vrijwel zonder adempauze belast wordt met elementaire practica en vakcolleges. Veel belangrijker is nog filosofische bezinning op zijn eigen wetenschap. Binnen de faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen is hiervoor tot nu toe vrijwel geen gelegenheid. Gelukkig is dit manco voor een deel opgevangen door de verplichte studie van de geschiedenis der natuur-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1968

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 314 Pagina's

1968 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 53

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1968

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 314 Pagina's