Een hoeksteen in het verzuild bestel. De Vrije Universiteit 1880-2005. - pagina 187
De Vrije Universiteit 1880-2005
lijke wijding was. De samenwerking tussen kerkelijk kader en theologische wetenschap
doortrok het hele kerkelijke leven met een geest van angstvallige behoudzucht en stren-
ge regelgeving. Dat ging ook aan de Vrije Universiteit niet voorbij, en in twee opzichten
heeft het klimaat van de jaren dertig een meer rechtstreekse invloed uitgeoefend. Dat
was ten eerste in de confrontatie tussen de wijsbegeerte der wetsidee en de theologische
faculteit, belichaamd in de brochures van Hepp tegen Vollenhoven. Ten tweede, op lan-
gere termijn, in de reactie op de benauwde kerkelijke sfeer bij jongeren, met name bij
studenten, die zich slechts noodgedwongen schikten en reeds toen op zoek waren naar
een inspirerender alternatief
Veel studenten aan de Vrije Universiteit lijken het dan vooral gezocht te hebben in de
nieuwere Duitse theologie. De hoogleraren, niet alleen de theologen, spraken over Barth
en Brunner slechts in kritisch afkeurende zin. Onder de studenten vonden deze auteurs
zowel aandacht als waardering. Een beweging der jongeren zoals in de jaren twintig is in
deze periode niet tot leven gekomen. Maar de onderhuidse spanning was er niet minder
hevig om. Een scherp opmerker had in de jaren dertig wellicht reeds het vermoeden
kunnen uitspreken dat de acceptatie van Barth in de gereformeerde theologie nog slechts
een kwestie van tijd zou zijn, hoezeer ook het kerkelijke establishment in zijn afwijzende
houding volhardde.
Dat kan van invloed geweest zijn op de ontwikkeling van een eigen gereformeerde
cultuur. Dat ze ooit heeft gebloeid zou te veel gezegd zijn, maar de aandacht had vanaf
Kuyper nooit ontbroken, en in de jaren dertig heeft althans de protestants-christelijke
letterkunde een eigen gezicht gekregen. Met Willem de Mérode bereikte de gerefor-
meerde poëzie een hoogtepunt, dat sindsdien niet geëvenaard is. Blijvende gevolgen zijn
er niet uit voortgekomen. De jongeren van de jaren dertig wilden wel gereformeerd zijn,
maar niet in isolement. Hun geestelijke voedingsbodem vonden zij meer in de intercon-
fessionele Ncsv dan in de gedachtewereld van Abraham Kuyper. Anders dan de csB'ers
en de voorstanders van de wijsbegeerte der wetsidee, hebben zij de uitbouw van een cal-
vinistische cultuur niet als hun taak of roeping beschouwd. Kwam die echter niet tot
stand, dan moest dat de positie van de Vrije Universiteit als centrum van christelijke we-
tenschap op den duur ondermijnen, en dreigde zij een vreemd element te blijven binnen
een in de grond van de zaak seculiere cultuur.
OORLOG EN BEZETTING
GOED OF FOUT
Het maakt niet uit of we de geschiedenis schrijven van de bloembollenteelt, van het kap-
persbedrijf of ook van de Vrije Universiteit: altijd zullen de jaren '40-'45 een geheel ei-
gen karakter dragen, dat hen duidelijk onderscheidt van de voorgaande en de volgende
CHRISTELIJKE WETENSCHAP. 1926-1955 183
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 510 Pagina's
![Een hoeksteen in het verzuild bestel. De Vrije Universiteit 1880-2005. - pagina 187](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/publicaties-vu-geschiedenis/een-hoeksteen-in-het-verzuild-bestel-de-vrije-universiteit-1880-2005/2005/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 510 Pagina's