Een hoeksteen in het verzuild bestel. De Vrije Universiteit 1880-2005. - pagina 259
De Vrije Universiteit 1880-2005
een zo diepe verslagenheid reageerden op het overlijden van hun leermeester als bij de
begrafenis van Rookmaaker. Zijn verzameld werk is in 2003 in het Engels uitgegeven.
Het wordt door zijn geestverwanten nog altijd als fundamenteel beschouwd voor ieder
die belang stelt in christelijke kunst en vooral in christelijk denken over kunst.
WIJSBEGEERTE
Wijsbegeerte was aan de Vrije Universiteit bijna een halve eeuw lang de neventaak ge-
weest van een van de hoogleraren in de theologie. Volwassen was zij pas geworden met
de komst van Vollenhoven. Toen veranderde ze ook zeer snel van aard. Niet alleen steeg
ze van hulpvak naar hoofdvak. Ze werd bovendien bij uitstek de wetenschap waarin de
universiteit haar christelijke pretentie waarmaakte. Vollenhoven en zijn ambtsbroeder
Dooyeweerd legden daarbij ook geen terughoudendheid aan de dag. Zij onderschatten
de betekenis van hun werkzaamheden niet, en achtten zich nooit gebonden aan schijn-
baar onaantastbare, eeuwenlang overgeleverde stellingen van oudere gereformeerde we-
tenschap. Wie dan werk van kwaliteit levert, verzamelt een kring van bewonderaars om
zich heen, maar zal onder de collega's wel eens vrienden tekortkomen. De wijsbegeerte
der wetsidee met haar kritiek op de medezeggenschap stond er altijd slecht op bij de
sympathisanten van de christelijke vakbeweging, en de theologen hebben hun oude be-
zwaren nooit laten varen. De relaties werden zeker niet hartelijker, toen in de jaren zestig
duidelijk werd dat de filosofen niet konden meegaan met de schriftkritische benadering
die aan de theologische faculteit veld won. In plaats van de theologie werd nu de wijsbe-
geerte binnen de Vrije Universiteit het grote bolwerk van rechtzinnigheid.
Juist in de jaren zestig voltrok zich echter een althans in formeel opzicht belangrijke
verandering in de positie van de filosofie. In de wet van Cals op het wetenschappelijk
onderwijs werd al het wijsgerig onderwijs ondergebracht in een centrale interfaculteit.
Dat was iets anders dan een gewone faculteit. Het ging er niet om bijeen te brengen wat
gelijk was of althans naaste familie. De concentratie van al wat filosofie heette was in-
tegendeel bedoeld om de eenheid van de wetenschap te bevorderen en te bewaren. Ze
moest een tegenwicht vormen tegen de voortschrijdende specialisering en zou aldus een
onmisbaar onderdeel zijn van de vorming tot zelfstandige wetenschapsbeoefening. Haar
aparte karakter kwam ook daarin tot uitdrukking, dat alle faculteiten in haar formatie
vertegenwoordigd waren. Die verandering voltrok zich in 1964 en 1965. Maar ze wierp
wel haar schaduwen vooruit.
In 1963 kwam namelijk de opvolging van Vollenhoven aan de orde. Een benoemings-
commissie - toen nog uit de faculteit der letteren en wijsbegeerte - stelde Zuidema voor.
Dat was de meest voor de hand liggende en tevens de goedkoopste oplossing, want Zui-
dema was al aan de faculteit werkzaam, aangesteld om Vollenhovens taak te verlichten.
Maar het ging hier om een vacature in wat straks de centrale interfaculteit zou zijn.
Daarom werd er nog een benoemingscommissie ingesteld, vanuit de senaat. Die pakte
DIENENDE WETENSCHAP. 1955-1968 25s
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 510 Pagina's
![Een hoeksteen in het verzuild bestel. De Vrije Universiteit 1880-2005. - pagina 259](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/publicaties-vu-geschiedenis/een-hoeksteen-in-het-verzuild-bestel-de-vrije-universiteit-1880-2005/2005/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 510 Pagina's