Een handvol filosofen - pagina 53
Geschiedenis van de filosofiebeoefening aan de Vrije Universiteit in Amsterdam van 1880 tot 2012
9 Toepassing van gereformeerde beginselen zonder filosofisch onderzoek 49
een motie geformuleerd, 'dat op het standpunt van Prof. Jhr. Mr. A.F. de Savornin
Lohman de Gereformeerde beginselen naar den eisch van artikel 2 der Statuten als
grondslag van zijn onderwijs niet tot hun recht komen'.'"'' In juli 1896 werd de mo-
tie aan de jaarvergadering van de vereniging voorgelegd, die in Leeuwarden bijeen-
kwam. Lohman was niet aanwezig - hij had zich ziek gemeld. Hij had al te veel ge-
leden onder de affaire. Het commissierapport bewees volgens hem dat de vrijheid
van de hoogleraren, die bij de oprichting van de universiteit en vele jaren daarna had
bestaan, aan banden werd gelegd. Hij voelde zich tekortgedaan, niet begrepen en
beledigd.'"s De motie werd met tweeënzeventig tegen vier stemmen aangenomen."^*
Lohman was de lange strijd moe. Hij vroeg ontslag dat hem eervol werd verleend.
Zijn zoon Witius H. de Savornin Lohman had met ingang van i januari van dat jaar
de universiteit al verlaten, enkele maanden na zijn benoeming tot gewoon hoogle-
raar. Hij was rechter geworden in Den Haag.'"''
De fragiliteit van het begin van de Vrije Universiteit, die rond 1880 van financiële
aard was, was zestien jaar later zichtbaar geworden in het conflict omtrent de gere-
formeerde beginselen. Deze kwetsbaarheid van de universiteit werd echter gemas-
keerd door een massieve achterban die sinds de oprichting was ontstaan. Met het
vertrek van vader en zoon Lohman dacht men aan de Vrije Universiteit dat de ge-
reformeerde beginselen waren veiliggesteld, maar fundamentele kentheoretische en
methodologische vragen omtrent deze beginselen (met name in de juridische facul-
teit) waren onbeantwoord gebleven. Terecht spreekt Roelink in verband met de ge-
reformeerde beginselen over 'de tragiek der vermeende zekerheden'.'"*
Met zijn visie die ten grondslag lag aan de stellingen over de gereformeerde begin-
selen had Kuyper de pretentie om vorm te geven aan de kleine Vrije Universiteit als
een calvinistische universiteit. Een 'gemeenschappelijk onderzoek' naar en een open
discussie over deze beginselen had hijzelf echter onmogelijk gemaakt. Na het poli-
tieke conflict met De Savornin Lohman in 1894, had hij deze beginselen gebruikt als
een schibbolet om Lohman van de Vrije Universiteit te verwijderen.
Met zijn korte, ietwat gedrongen en massieve gestalte - het forse hoofd opgeheven
en iets naar achteren neigend, een nieuwsgierige en onderzoekende blik waar een
104 Rapport Commissie van Em^uête, p 42
105 Zie brief van De Savornin Lohman (27 juni 1896) aan de leden van de vereniging, \n Jaarverslag van de
Vereenigmg (over 1896), 1897, pp xlv-1
loé Jaarverslag van de Vereenigmg (over 1896), 1897, p Ixxiv Dat op p xxv van dat jaarverslag gesproken
wordt over twee tegenstemmers, moet een vergissing zijn Omdat in de discussie ten minste drie tegenstanders
van de motie aan het woord kwamen, lijkt het aantal van vier tegenstemmers correct
107 In een uitgebreide brief van 25 november 1895 aan de directeuren legde Witius Lohman verantwoording af
van zijn besluit om de universiteit te verlaten (archief college van directeuren) Met het aanvaarden van de stellin-
gen was een nieuwe interpretatie van artikel 2 van de statuten opgelegd, die hij met kon aanvaarden Bovendien
hadden Kuyper en Rutgers tijdens de jaarvergadering in hotel Seinpost en daarna de regie gevoerd van het hele
proces tegen zijn vader Zij hadden zijn vader 'grievend onrecht' aangedaan Volgens Witius Lohman hadden
Kuyper en Rutgers de collegialiteit dei mate geschaad, dat hij met hen niet meer kon samenwerken en daarom
de universiteit verliet.
108 Roelink, Een blinkend spoor, p 21 'Vermeende zekerheden' kunnen het lang uithouden, wanneer men
beseft dat zestig jaar later in een gemeenschappelijke vergadering van de directeuren en curatoren werd gecon-
stateerd, 'dat de grondslag van de Vrije Universiteit, t w de gereformeerde beginselen, nog geen materiele uit-
werking heeft verkregen voor de diverse wetenschappen' (Archief college van curatoren. Notulen, 7 april 1956 )
Toch bleef na ampele discussie over artikel 2 van het Reglement voor de universiteit gehandhaafd dat de Vrije
Universiteit rust 'op den grondslag der Gereformeerde beginselen' (Archief college van curatoren. Notulen, 14
april en 5 mei 195e )
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013
Publicaties VU-geschiedenis | 548 Pagina's
![Een handvol filosofen - pagina 53](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/publicaties-vu-geschiedenis/een-handvol-filosofen/2013/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013
Publicaties VU-geschiedenis | 548 Pagina's