GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Omstreden normalisering - pagina 138

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Omstreden normalisering - pagina 138

Hoe de Vrije Univseriteit veranderde in de lange jaren zeventig

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

hooggekwalificeerde arbeiders-in-opleiding. Met de forse groei van het

aantal hooggekwalificeerde arbeidskrachten verandert de arbeiders-

klasse ingrijpend van karakter. Ze ken een zeer gedifferentieerde op-

bouw met vele sociale afstanden en uiteenlopende culturen en om-

gangsvormen. De Krahl-Schmierer-discussie ging hierover, evenals

invloedrijke bijdragen van Ger Harmsen in TEU. Onder invloed van

Franse marxisten als Althusser en Poulantzas en in Nederland Siep

Stuurman, krijgen medio jaren zeventig de ideologische functie van

universiteiten en de maatschappelijke betekenis van intellectuelen

meer nadruk en betekenis in het vakbondsconcept.

De staat heeft de taak ervoor te zorgen dat de universiteiten zich

aanpassen aan de kwalitatieve en kwantitatieve behoeften van het kapi-

taal. Studierichtingen en onderwijsprogramma's moeten hierop wor-

den gebaseerd. Uit het enkele feit dat de opleidingskosten vanuit het

standpunt van het kapitaal onproductieve kosten zijn (faux frais), volgt

dat studenten de kosten van hun opleiding zo veel mogelijk zelf moeten

gaan dragen (dat verklaart de collegegeldverhoging van tweehonderd

naar duizend gulden) en universiteiten moeten worden onderworpen

aan kostenbesparende en efficiency verhogende maatregelen. Al deze

maatregelen kunnen slechts worden gerealiseerd als de universiteiten

onder directe supervisie van de staat komen te staan. Die is bij machte

het profijtbeginsel in te voeren en de studententoeloop, selectie en

studieduurverkorting te reguleren, en daarnaast ordening van studie-

richtingen en planning van wetenschappelijk onderzoek te realiseren.

Academische vrijheid en universitaire democratisering mogen deze

vormen van sturing en planning niet ontregelen.

De studentenbeweging heeft een eigen, historische rol te vervullen

in het tot stand brengen van ingrijpende veranderingen in de westerse

samenleving, in het bijzonder aan de universiteiten; zij is altijd in ver-

bondenheid met organisaties van de arbeidersbeweging en haar bond-

genoten. Het strijdterrein van de studentenbeweging is de universiteit

en de staat, niet de fabriek of het kantoor. Arbeiderisme moet worden

vermeden en bestreden. Praktische coalities en bondgenootschappen

moeten worden gesloten, met groepen en bewegingen binnen en bui-

ten de universiteiten. Daarmee worden voorwaarden gecreëerd voor

een succesvolle behartiging van studentenbelangen en daarmee ook

van de belangen van de arbeidersklasse. Sociale bewegingen moeten

daarom perspectieven, programma's, strategieën en optredens effec-

tief op elkaar afstemmen.

136

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013

Publicaties VU-geschiedenis | 388 Pagina's

Omstreden normalisering - pagina 138

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013

Publicaties VU-geschiedenis | 388 Pagina's