GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Studentenalmanak 1909 - pagina 149

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Studentenalmanak 1909 - pagina 149

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

143

hersenen waren in den laatsten tijd zoo afgemat, dat het

mij niet gelukte, mij een juiste voorstelling te vormen van

wat er om mij heen gebeurde^

Plotseling viel mijn oog op iets, waarop ik in den beginne

nog niet gelet had. Op de tafel van de rechters stonden

namelijk drie groote kandelaars, met lange, brandende was-

kaarsen er in. Schoon er op zich zelf niets belangrijks aan'

was, namen zij toch alras mijn aandacht geheel in. Ik keek

er dus voortdurend naar, en weldra zag ik niets anders

meer dan die drie flikkerende, door den tocht heen-en weer

bewogen vlammen. Van wat er in de zaal omging merkte

ik niets, hoegenaamd niets.

Het scheen mij dat mijn geest weggevoerd wierd door

oneindige ruimten, steeds verder en verder: en in onbe-

grensden nacht zag ik altoos die drie lichten voor mij. Ik

dacht dat het engelen waren die mij wenkten met lichtende

gebaren. Hun slanke, witte vormen stelden mij gerust. Een

nooit gekend gevoel van kalmte en vrede vervulde mij.

Vriendelijk wenkten ze, de drie etherische, fijne, lichte ge-

daanten . . . . maar toen ik hun gehoor wilde geven, kreeg

ik plotseling weer besef van mijn toestand ; ik zag de zwart

fluweelen draperieën heen en weer gaan ; ik zag de onver-

biddelijke gezichten van mijn rechters, — de engelenge-

stalten verdwenen, en ik hoorde het doodvonnis uitspreken.

Ik wil niet zeggen dat het mij bijzonder trof; ik had het

verwacht; en het was rechtvaardig, ik wist het. Bovendien

zou nu de dood een eind maken aan mijn angsten en

kwellingen. — Als wezenloos werd ik weggeleid en naar

mijn cel teruggebracht. Daar werd ik bijna onmiddellijk

bewusteloos.

* *

Üc

Het duurde lang voor ik weer bijkwam. Een benauwd

gevoel beklemde mij de borst. Slechts met moeite kon ik

ademhalen. T e vergeefs trachtte ik af te schudden wat mij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1909

Studentenalmanak | 184 Pagina's

Studentenalmanak 1909 - pagina 149

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1909

Studentenalmanak | 184 Pagina's