Studentenalmanak 1934 - pagina 155

AUGUSTINUS' STUDENTENTIJD 143

zonder op het Oude Testament; het is hem onmogelijk zich

God anders te denken dan lichamelijk; het probleem van

den oorsprong van het kwaad kwelt hem. Dan komt hij in

aanraking met de tactisch-gevoerde propaganda der Ma-

nichaeërs, Zie, dat zijn ruim denkende lieden; hun leer is

precies wat hij zoekt; merkwaardigerwijs komt zij juist

aan al zijn bezwaren te gemoet. Van autoriteit willen de

Manichaeërs niet weten: bij hen komt de waarheid voort

uit redelijke, logische redeneering. Bijbelcritiek is bij hen

geoorloofd: met zekere ironie zetten zij het mes der critiek

in het bijzonder in het Oude Testament. God is voor heö

niet geestelijk: zij kennen alleen materie; ook God is ma-

terieel. De oorsprong van het kwaad is voor hen geen pro-

bleem: hun dualisme lost het immers op; van den beginne

is het Goed en het Kwaad, de goede God en de Booze. En

eindelijk; den naam van Christus treft hij bij hen aan: zij

weten dien in hun metaphysische beschouwingen op te

nemen. W a t het zedelijk leven aangaat: weliswaar eischen

de Manichaeërs strenge ingetogenheid, maar dan alleen

van hun electi, uitverkorenen; wil Augustinus auditor

hunner leer worden, dan behoeft hij nu nog niet zoo streng

ascetisch te leven. Hier heeft hij gevonden wat hij zocht, de

bijna afgestudeerde geleerde sluit zich aan bij de Mani-

chaeërs. En negen jaren zal het duren, voordat hij hun

dwaalleer vaarwel zegt.

Intusschen verdubbelt Monnica, die met haar geleerden

zoon niet kan redetwisten, haar gebed. Bidden kan zij,

meer niet. Bidden en weenen. En een wijze bisschop ver-

blijdt haar met de woorden, die de troost geworden zijn

van duizenden moeders na haar; „Fieri non potest, ut filius

istarum lacrimarum pereat", ,,Het is onmogelijk, dat een

zoon van zulke tranen verloren gaat."

Augustinus is afgestudeerd. Als Manichaeër gaat hij zijn

luisterrijken rhetorenloopbaan te gemoet. Verloren schijn-

baar voor Gods Koninkrijk. Maar ook zijn hart blijft on-

rustig, totdat het rust vindt in God.

A. SIZOO.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen