GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vrije Universiteitsblad 1966 - pagina 54

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vrije Universiteitsblad 1966 - pagina 54

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

tensdijk en hij pakt zijn portefeuille, waarin hij een papiertje heeft met namen en jaartallen van zijn voorgangers (ik zei toch al dat hij geknipt is voor een interview!), en hij begint zijn relaas. Van 1880 tot 1884 diende de heer P. A. de Planque de V.U. als pedel. Dat wil zeggen, hij was niet vast aan de universiteit verbonden, hij werd per zitting of per uur betaald. Telkens bij een promotie of bij een andere plechtigheid, die de tegenwoordigheid van een pedel vereist, werd hij gewaarschuwd. Van 1884 tot 1886 was er de heer T. C. Neuman. ,,Weer zo'n losse klant", zegt de heer Van Sintemaartensdijk, die zelf dus allesbehalve een „losse klant" is! De eerste gewone pedel was de heer B. J. Mulder, van 1886 tot 1911. „Merkwaardig", 20 vertelt de heer Van Sintemaartensdijk, ,,van 1894 af heet hij in de stukken geen Mulder meer, maar: Muller". De jubilaris denkt dat het misschien net zo'n geval is als met hemzelf: tenslotte heeft hij ook jarenlang te boek gestaan als: Van Sint Maartensdijk, totdat papieren uitwezen dat de oorspronkelijke, dus échte naam was Van Sintemaartensdijk. Van 1911 tot 1920 was de heer G. V. d. Steen (,,hij had zo'n grote baard") pedel, na 1920 trad de heer P. Koster als zodanig op, en in 1921 kwam de bekende heer B. Faber, die na het vertrek van de heer Koster naast zijn functie als adjunctamanuensis een jaar of drie pedel is geweest; daarna volgde hij de heer Jac. V. Oversteeg als administrateur op. Op 1 april 1926 werd de heer Van Sintemaartensdijk pedel. Veertig jaar pedel... Géén ,,losse klant!" Jaja, — en de heer van Sintemaartensdijk heeft alweer een ander papiertje. ,,Moet je es zien", zegt hij, ,,toen ik begon hadden we 15 proffen, 1 lector en een 300 studenten. En nu: 107 proffen, 30 lectoren, 25 docenten met een leeropdracht, 6 privaatdocenten en meer dan 5000 studenten". Nog meer cijfers. In 1924 waren er 3 faculteiten, tegenwoordig zijn er 7. In de afgelopen veertig jaar heeft de jubilerende pedel meer dan 500 promoties meegemaakt. Ik vraag of dat niet saai is, daar aldoor bij te zitten? ,,Man, je hebt er die mirakel interessant zijn. Kijk die van de wiskunde en natuurwetenschappen... daar is natuurlijk niks aan, allemaal vaktaal.

Maar overigens: ik heb mooie opposities meegemaakt!" Intussen heeft die geweldige groei van de V.U. ook een schaduwkant voor de heer Van Sintemaartensdijk. Vroeger kende hij alle studenten en daar kan nu geen sprake meer van zijn. ,,Een enkele ken je goed, omdat je weet: da's een zoon of dochter van die of die, maar verder gaat er een tijdje overheen voordat je de eerstejaars een beetje kent" vertelt hij. Er is nog iets. Het is natuurlijk prachtig, al die voorzieningen ten gerieve van de studenten, maar de heer Van Sintemaartensdijk denkt wel met een beetje heimwee terug aan de tijd dat hij niet alleen pedel was, maar nog veel méér. Alles eigenlijk: studentenraadsman, iemand die helpt met de huisvesting, iemand die een verlegen student wat wegwijs maakt en een pas aangekomen professor eens een handige tip geeft... Ze zijn zelfs wel met verlovingsmoeilijkheden bij hem gekomen! Overigens zal de heer Van Sintemaartensdijk niet klagen over nu, want hij is er de man niet naar, om alleen het verleden te roemen. Trouwens, men kent hem nog best in het hele ISnd, dat merk je wel op V.U.- en academiedagen. En omgekeerd, wat kent hij een hoop mensenl ,,'k Heb nog iets aardigs", gaat de jubilaris verder. ,,Weet je dat er dit jaar twee promoties van de derde generatie zijn?" Ik weet het niet, ik begrijp ook niet precies wat de heer Van Sintemaartensdijk bedoelt. En dan vertelt hij dat dit jaar de heer J. G. Geelkerken aan de V.U. tot doctor in de rechtsgeleerdheid hoopt te promoveren. Hij is een kleinzoon van dr. J. G. Geelkerken, de bekende predikant, die in 1909 aan de V.U. promoveerde, en een zoon van het anti-revolutionaire Tweede Kamerlid mr. N. G. Geelkerken, die in 1932 aan de V.U. promoveerde. Verder hoopt dit jaar de heer B. de Gaay Fortman, die rechten en economie studeerde, te promoveren. Hij is een zoon van de rector magnificus prof. mr. W. F. de Gaay Fortman, die in 1936 promoveerde aan de V.U., en een kleinzoon van mr. B. de Gaay Fortman die in 1909 zijn doctorstitel behaalde. ,,Als die promoties achter de rug zijn, heb ik er vier van de zes gehad", stelt de pedel met voldoening vast. Met voldoening, omdat dit feit illustreert hoezeer hij met een fikse brok V.U.-historie verweven is.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1966

VU-Blad | 201 Pagina's

Vrije Universiteitsblad 1966 - pagina 54

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1966

VU-Blad | 201 Pagina's