GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vrije Universiteitsblad 1967 - pagina 197

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vrije Universiteitsblad 1967 - pagina 197

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Een paar uur voordat prof. dr. H. M. Kuitert in zijn inaugu-rele rede zal zeggen dat het zich betrokken weten bij wat er in politiek en sociaal opzicht gaande is, geen_soort bijbaantje voor een christen is, maar een vorm van gehoorzaamheid aan Christus, zit ik met twee theologische studenten van de Vrije Universiteit in een gerenommeerd Amsterdams koffiehuis te praten over de vraag: in hoeverre is de tegenwoordige theologische student geïnteresseerd in en betrokken bij de vragen van het politieke en sociale leven.

H a a r antwoord: Niet in de hoop dat, als ik klaar ben, de kansels voor de vrouw open staan. Eerlijk gezegd, had ik helemaal geen welomschreven doel. Maar als je de Bijbel en alles wat er in staat belangrijk vindt en als richtinggevend voor je leven beschouwt, wil je alles daarvan weten, je er echt in verdiepen. En ik dacht en denk dat er altijd wel een plaats is om met wat je theologische studie je oplevert aan de gang te gaan. Voor mezelf denk ik aan vertaalwerk voor het Nederlands Bijbelgenootschap... eigenlijk dus ook werk in het missionaire vlak.

De twee (aanstaande) theologen zijn mejuffrouw A. A. van Berge en de heer P. H. Holtrop. W a t mijn vraag betreft, ze vinden het eigenlijk geen vraag. Je kunt tegenwoordig niet goed student, ook niet goed een theologisch student zijn als je je buiten die kwesties houdt, zegt de heer Holtrop en hij gaat verder: dat betekent niet, dat wij, theologen, de zaak wat je noemt zo'n beetje kritisch begeleiden met de bijt e l onder de arm, nee als 't goed is loop je aan de spits, — met het gevaar dat je klappen oploopt. Ja, ja, dat is natuurlijk mooi allemaal, maar zou dat nu voor iedere theologische student gelden? O nee, weet mejuffrouw Van Berge. Zij kent er die niet of nauwelijks verder kijken dan hun boeken wat — zegt ze —• goed beschouwd onmogelijk is als je écht studeert. De heer Holtrop zet het forser op en geeft deze zin weg: Alles hoort bij theologie! Hij moet er zelf om grinniken en verklaart: ik bedoel dat je theologie niet in een apart hokje kunt zetten. Om op dat politiek en sociaal bezig-zijn terug te komen, dat is niet: kom, nou gaan we het evangelie eens toepassen en kijken hoe ver je daarmee komt. Dat evangelie en die wereld zijn geen twee los van elkaar staande grootheden die je probeert bij elkaar te brengen. Het W o o r d is vléés geworden en heeft onder ons gewoond..., enfin, u weet het, het evangelie is geen toegift, een stichtelijk extra.

Vraag twee: Is de realiteit van de theologische studie in overeenstemming met het beeld dat u er zich van gevormd had? Mejuffrouw Van Berge: Helemaal niet en dat is ook maar gelukkig. Ik had zo'n voorstelling van altijd met bijbels in verschillende vertalingen^om je heen en dan maar druk in de weer zijn met een tekst zus en een tekst zo. Maar het is veel meer wetenschappelijk, zuiver wetenschappelijk werken. De heer Holtrop: Als je in je jeugd een V.U.-professor hoorde preken, had je de gedachte dat theologische studenten zoiets aan de lopende band hoorden. Zo'n beeld houd je blijkbaar in je achterhoofd, want je moet in het begin even verwerken dat theologie studeren aan de V.U. veel en veel minder een kerkelijke of kerkelijk getinde bezigheid is dan je je had voorgesteld. U hoorde het: Het is wetenschappelijk bezig zijn. Alleen iemand als professor Bavinck kon je soms dat gevoel van vroeger geven, hij bood dan een bijbels perspectief, hij was vróóm. Niet dat de anderen dat niet waren, maar Bavinck had iets... Vraag drie: Hebt u de deelname aan het studentenleven met uw studie kunnen combineren?

Intussen zijn we afgeweken van ons nette lijstje met tien vra- ' gen. W e beginnen nu snel bij het begin. Eerste vraag voor de heer Holtrop: bent u theologie gaan studeren om dominee te worden.' Zijn antwoord: Ik wilde vroeger altijd in de zending gaan en dat wil ik nóg, al ben ik na zes jaar theologische studie de zending wel anders gaan bekijken. Als kind dacht je bij een zending aan een man in een smetteloos wit pak die onder groene palmtakken geriefelijk het evangelie zit te v e r k o n d i g d aan een ademloos luisterend gezelschap van niet-blanken... N u weet je van, zeg maar, zendingsstrategie, van wegen en mogelijkheden. Persoonlijk gaan m'n gedachten uit in de richting van het theologisch onderwijs.

Mej. A. A, van Berge

Volgende vraag: Hebt u — bijna aan het einde van uw studie gekomen — de gedachte dat u al klaar bent voor de praktijk? Hier scheiden de wegen van mejuffrouw Van Berge en de heer Holtrop.

De vraag voor mejuffrouw Van Berge is anders geformuleerd: Kunt u ook zeggen, met welk doel u theologie bent gaan studeren ? 12

De reactie van beiden: ^; W e hoeven toch niet het bekende verhaal op te fangen van: Het is zo goed voor je vorming en wat ef verder %'olgt? Voor ons staat vast dat meedoen aan het studentenleven er gewoon bijhoort. Al is het alleen maar hierom dat je l n ~ f l F " gaten blijft houden dat er ook nog andere mensen zijn dan theologen.

Mejuffrouw Van Berge: Ja, dat wil zeggen, je gaat het geleerde nu toepassen in de praktijk, je hebt je bij de opleiding toch willen voorbereiden 13

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1967

VU-Blad | 205 Pagina's

Vrije Universiteitsblad 1967 - pagina 197

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1967

VU-Blad | 205 Pagina's