GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1977 - pagina 143

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1977 - pagina 143

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

1^ magame9

Meer hart-afwijkingen bij grotere lawaai-belasting

ziekten in de Haarlemmermeer, in de omgevingvan Schiphol dus. Daarbij werd een gebied van 20^0 Kosten-eenheden (KE) vergeleken met een gebied van 40-60 KE. In het gebied met de zwaardere lawaaibelasting vertoonden relatief meer onderzochte personen hartafwijkingen dan in het andere gebied. Ook was het aantal mensen met een hoge bloeddruk groter. Deze uitkomsten werden ondersteund door gegevens uit Zwanenburg/ Halfweg, twee gemeenten onder de ,,rook" van Schiphol. Tussen 1967 en '74 verdubbelde daar de verkoop van bloeddrukverlagende geneesmiddelen. In diezelfde periode nam de lawaai-belasting door Schiphol erg sterk toe.

Slaap Het spreekt vanzelf, dat lawaai ook invloed heeft op de slaap; je slaapt er moeilijker van in; je wordt er wakker van; het kan verhinderen datje diep slaapt. En diepe slaap is nodig om van vermoeidheid bij te komen. Een tekort er aan, leidt tot minder goed functioneren, vage lichamelijke klachten, depressie, geirriteerdheid, onevenwichtigheid en psychotisch gedrag. In feite zijn dat al psychische effecten van lawaai. Er zijn nog andere. Zo is bij voorbeeld angst voor de mogelijkheid dat vhegtuigen zullen neerstorten, een rondom vliegvelden veel voorkomend verschijnsel. Bij een onderzoek in en rond Zwanenburg, waarbij huisartsen werden ondervraagd naar de aard van de klachten waarmee hun patiënten kwamen, werden aanwijzingen gevonden dat bij een geluidsbelasting van 35 KE en meer, psychische problemen een rol gaan spelen. Over de hele linie (mannen, vrouwen, jongeren, ouderen) nam het gebruik van kalmerende middelen toe. In een vooronderzoek bleek dat in het zwaarst getroffen gebied (48-55 KE) bij 7 van de 56 kleuters die contact hadden met huisartsen, psychische klachten werden vastgesteld.

Wat is hinder? Schadelijke invloeden van lawaai dat minder sterk is, zijn tot dusver nauwelijks aantoonbaar gebleken. Dat wil niet zeggen dat er dan ook geen effecten zijn. Want ook als men niet lichamelijk of geestelijk ziek wordt van lawaai, dan kan men er — om maar iets simpels te noemen — wel door worden gehinderd. En ook dat is een effect. Het is een uitermate lastig karwei gebleken om ,,hinder"te meten. Het lukt nog wel om de zogenaamde ,,objectieve hinder" in de vingers te

krijgen. Men vraagt dan de mensen of ze door het lawaai nog kunnen slapen, de televisie of de radio kunnen verstaan. Maar niet iedereen vindt zulke hinder even erg („subjectieve hinder"). Wanneer de ondervraagden met een rapportcijfer tot uitdrukking moeten brengen hoe ontevreden ze zijn over het lawaai, dan kan daar van alles uitkomen. Tal van deskundigen hebben — ieder op zijne wijs — getracht de hinder die door omwonenden van vliegvelden en verkeerswegen werd ondervonden, in formules neer te leggen. Het is een spraakverwarring gebleven. De Nederlander Bitter kwam ten slotte — voor wat betreft de hinder veroorzaakt door vUegtuiglawaai — tot iets. Niet alles, maar iets. Wanneer zijn manier van rekenen zou worden toegepast op de 1,2 miljoen Nederlanders die naar schatting wonen in de lawaaiklassenO tot en met 3, dan zou dat betekenen dat in klasse 3 (dat was dus tussen 45 en 52 dB (A) of tussen 60 en 65 KE) 40 procent van het aantal mensen ernstig door het lawaai wordt gehinderd. In lawaaiklasse O (meer dan 65 dB (A) of meer dan 75 KE) is dat ruwweg 65 procent. Met de nodige slagen om de arm mag worden gezegd dat tussen de 40 én 65 procent van 1,2 miljoen Nederlanders in een situatie woont waarin zij ernstig worden gehinderd door verkeerslawaai. Een citaat uit „Verkeerslawaai in Nederland" tot slot: „ Gegevens over de gevolgen van lawaai{z\]r\) fragmentarisch; veel onderzoek zou nog gedaan moeten worden, voordat keiharde uitspraken gedaan kunnen worden. Een gevaarlijke tendens valt hier en daar waar te nemen. A Is een onderzoeker op een bepaald punt geen duidelijke resultaten boekt, neigt hij er soms toe, te concluderen dat er dan ook geen samenhang bestaat; doch deze conclusie kan door nader onderzoek eventueel weersproken worden. Het is onze overtuiging, dat niet zozeer aangetoond dient te worden, dat lawaai wel tot bezwaarlijkegevolgen leidt, maar dat eerder de bewijslast aan de andere kant ligt: de lawaaiproducent dient aannemelijk te maken, dat het door hem voortgebrachte geluid niet schadelijk of hinderlijk is".

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1977

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1977 - pagina 143

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1977

VU-Magazine | 484 Pagina's