GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1978 - pagina 145

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1978 - pagina 145

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

uu magazine 11

Prof. mr. W. F. de Gaay Fortman:

„Op weg naar een menselijke onderneming" Aandeelhouders en vakbonden hebben het recht een onderzoek te laten instellen naar de situatie waarin zich een onderneming bevindt. Van d i t , , e n q u ê t e r e c h t " wordt weinig gebruik gemaakt. ,, Het geval van Scholten-Honig (het bedrijf dat vorige maand door werknemers werd bezet nadat was meegedeeld dat het met sluiting werd bedreigd) vind ik een schoolvoorbeeld van een geval waarbij men veel eerder naar het middel van de enquête had moeten grijpen", aldus prof. mr. W. F. de Gaay Fortman in het Studium Generale. „Heel vaak is het zo", voegde hij eraan toe, „dat wanneer een groep aandeelhouders of een vakvereniging om een enquête vraagt, de onderneming terstond met hen in overleg treedt, om te vermijden dat die enquête er komt. Dan is het toch een middel gebleken om achtergehouden informatie te verkrijgen." In zijn inleiding besteedde de heer De Gaay Fortman onder meer aandacht aan de gronden waarop medezeggenschap in de onderneming kan worden verdedigd. Hij noemdeer vier.

Spanning ,,1. Als je mensen tot je trekt om samen met hen een bepaald doel te bereiken, dan moet je niet alleen zoveel mogelijk informatie geven, maar dan moet je die mensen ook zoveel mogelijk de gelegenheid geven om het reilen en zeilen, om de verhoudingen binnen de onderneming zelf te bepalen. Op dat punt is in de onderneming altijd spanning aanwezig: de leiding vindt, dat zij het alleen moet uitmaken en aan de andere kant is er bij de arbeiders de begeerte om te weten waarom bepaalde dingen gebeuren zoals ze gebeuren en om een sociale controle te hebben op datgene wat de leiding doet.

grotere zaken dan alleen het kleine stukje werk dat ze verrichten.

Verantwoordingsplicht

Prof. mr. W. F. de Gaav Fortman (foto: Mare van Dorp,AVC-VU)

Risico 2. Arbeiders hebben groot belang om te weten hoe het in de onderneming gaat en waarom er wel nu zus, maar niet zo beslist wordt, want zij lopen een groot risico. De aandeelhouder loopt het risico dat hij zijn geld verspeelt als de onderneming niet rendeert en dat kan zeer bitter zijn. Maar zowel de leiding, die overigens weet hoe het in de onderneming toegaat, als de uitvoerende arbeider loopt het risico van het verlies van zijn arbeidsplaats. Dat geeft heny een aanspraak om te weten of bij het bepalen van het beleid van de onderneming de nodige zorgvuldigheid wordt betracht.

Taak versmald 3. De ontwikkelingvan het arbeidsproces heeft ertoe geleid dat de verantwoordelijkheid van de arbeider, met name in de grote en zeer grote ondernemingen, steeds kleiner is geworden. Men heeft de taken steeds meer versmald. Aan de andere kant vraagt men van de arbeider een haast onvoorwaardelijke inzet om het doel van de onderneming te bereiken. Als je zou moeten aanvaarden, dat het versmallen van de taak. de verkleining van de verantwoordelijkheid, onvermijdelijk is, dan zou men er temeer op bedacht moeten zijn, die mannen en vrouwen te erkennen in hun menselijke waardigheid, te erkennen in hun behoefte verantwoordelijkheid te dragen voor

4. De structuur van de onderneming is nog gedrenkt in achterhaalde eigendomsopvattingen. Denk maar aan de hardnekkige mythe dat de onderneming eigendom zou zijn van de aandeelhouders, denk ook aan de oligarchische (oligarschie = regering door weinige, bevoorrechte personen) tendensen die in de wereld van de grote ondernemingen nog steeds een grote rol spelen. De gedachte dat de onderneming een zelfstandige eenheid is, waarin mensen samenwerken, is in het vennootschapsrecht nog niet tot gelding gebracht (ik praat over de situatie van voor 1971). De positie van de leiding is de facto zeer sterk, er is te weinig sociale controle en dus zei men in de loop van de zestiger jaren dat er een wezenlijke, interne verantwoordingsplicht moest komen, waarbij de leiding zich ten opzichte van de arbeider zou moeten verantwoorden en hen zoveel mogelijk in de besluitvorming zou moeten betrekken. Er zouden ook externe vormen van verantwoording moeten komen. Er zou een ondernemingsstructuur moeten ^komen waarin men vertrouwen kan hebben. De werkelijkheid is echter, dat de overgrote meerderheid der arbeiders nog steeds het gevoel heeft dat het in de onderneming, doordat in de ondernemingsvorm een zo sterk accent wordt gelegd op de positie van de leiding, niet eerlijk toegaat met betrekking tot allen die aan de onderneming verbonden zij n.

C ommissie-V erdam In 1960 was men eindelijk zo ver. dat de regering een commissie instelde om het vraagstuk van de interne verantwoordingsplicht en de externe vormen van verantwoording te onderzoeken, de zgn. commissie-Verdam. In 1964 is die commissie met een rapport gekomen en dat heeft in de loop van 1970-71 tot een aantal wezenlijke verbeteringen van de ondernemingsstructuur geleid. Er is gekomen een wet op de jaarrekening.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1978

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1978 - pagina 145

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1978

VU-Magazine | 484 Pagina's