GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1985 - pagina 163

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1985 - pagina 163

1 minuut leestijd Arcering uitzetten

Haast niets lijkt nog onmogelijk als het om genetische manipulatie gaat. En zeker niet op langere termijn. Destoutse mensendromen lijken bewaarheid te kunnen i worden als gevolg van de sterk toegenomen kennis inzake de erfelijkheidsleer, de genetica. Veel van die mogelijkheden roepen tal van kritische vragen op vanuit de samenleving, vooral wanneer hetgenetischgemanipuleer de mens betreft. Onzekerheid daaromtrent leeft ook bij de wetenschappelijke onderzoekers zelf, die zich met de menselijke genetica bezighouden. Basisvraag daarbij is: mag alles wat kan? Een vraag die onder meer ook centraal stond tijdens een studiedag waarmee onlangs een VUSA-cursus over 'Sleutelen aan deerfelijkheid'werd afgesloten. De belangstelling was groot, vooral voor die aspecten van genetisch onderzoek die de menselijke erfelijkheid betreffen. Aanzienlijk minder ethisch getinte vragen kregen de VU-onderzoekers, prof. dr. H. J. J. Niji<amp, prof. dr. E. Veltkamp, dr. A. Kooi en dr. J. N. M. Mo/fe verwerken. Tijdens de cursus vertelden zij over hun werk in die tak van de genetica, welke de erfelijke eigenschappen van planten onderzoekt. Het is wel begrijpelijk dat plantengenetisch onderzoek in veel mindere mate tot dergelijke vragen aanleiding geeft. Dat maakt dit type onderzoek echter nog niet minder interessant. Want wie werkelijk weten wil waartoe de 'sleutelaars aan de erfelijkheid' op dit moment al in staat zijn, moet juist bij de plantengenetici te rade gaan. Irhmers nauwelijks gehinderd door kritische vragen en ethische bezwaren, kunnen zij onbekommerd voortgaan met hun onderzoek, dat nu al uiterst belangwekkende en praktisch gerichte resultaten oplevert. Waar bij voorbeeld het 'kioneren'van mensen vooralsnog een lugubere nachtmerrie lijkt is dat in de teelt van orchideeën en gerbera's allang de dagelijkse praktijk. "Het is niet ondenkbaar dat we, mede om voorspelbare weerstanden te vermijden, juistvoor planten hebben gekozen", aldus dr. Ad Kool, één van de plantengenetische onderzoekers van de VU. Hij leidde VU-magazine binnen in de wondere wereld van de celfusie en het gebruik van recombinantDNAbij hetgenetisch manipuleren van planten. GertJ.Peelen

Plantengenetica en de kans op een betere toekomst VU-Magazine14(1985)4april1985

137

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985

VU-Magazine | 530 Pagina's

VU Magazine 1985 - pagina 163

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985

VU-Magazine | 530 Pagina's