GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1988 - pagina 249

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1988 - pagina 249

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

zonder wetenschappers en slechts weinig wetenschappers en technici zijn in staat om hun argumenten te winnen zonder het leger." Behalve met het leger heeft de technowetenschap zijn bestaan verbonden met de gezondheidszorg. Daar waar het leger het maatschappelijk lichaam beschermt tegen zijn vijanden doet de gezondheidszorg hetzelfde voor het individuele lichaam. In beide gevallen gaat het om een kwestie van overleven, en wie is daar niet in geïnteresseerd?

W

ie door middel van kranten, populair-wetenschappelijke tijdschriften en zelfs vakwetenschappelijke tijdschriften enigszins op de hoogte wil blijven van de wetenschap, zal echter over het algemeen verstoken blijven van het krijgskabaal. Het publiek neemt alleen kennis van de voltooide produkten van de wetenschap; resultaten die op logische en rationele wijze tot stand lijken te zijn gekomen. Juist daaraan ontleent de wetenschap zijn autoriteit; een gezag dat ver verheven zou zijn boven de wirwar van de alledaagse meningenstrijd. De zin van het wetenschapsonderzoek is het om de gesloten zwarte doos te demonteren, om een wetenschap-in-wording te laten zien. Als het deksel wordt opgetild komen de bijzondere kronkellijnen te voorschijn: arbitraire keuzes, specifieke historische omstandigheden, botsende belangen, academische concurrentiestrijd. Dan blijkt dat de alledaagse meningenstrijd niet ophoudt voor de muren van het laboratorium en dat het heihge ontzag voor 'harde' onderzoeksresultaten eigenlijk nergens voor nodig is. De wetenschap wordt daar in één klap een stuk lelijker, een stuk kwaadaardiger door. Maar degenen die de idylle van een van alle menselijke slechtheid gezuiverde wetenschap toch al benauwend vonden, zullen deze constatering wellicht eerder als een opluchting dan als een schok ervaren. D

Bruno Latour, Science in action: How to follow scientists and engineers througli society. Milton Keynes, Open University Press, 1987. Koos Neuvel is socioloog en journalist.

VU-MAGAZINE—JUNI 19

u bemoeien die leken zicti ook al met tiet tiuwelijk" sctireef in 1963 een ongetwijfeld celibataire lezer verontwaardigd in De Nieuwe Unie Het zojuist opgerictite blad tiad tiet in zijn tioofd getiaald om iets ten gunste te zeggen van... de pil. Zo is het steeds verder gegaan, totdat DNL in 1979 voor de derde maal, en nu voorgoed, ten onderging. De Nieuwe was een eigenzinnige voortzetting van 'De Linie'. Pater Creygfiton SJ en zijn orde wilden met dit blad, zie de militair aandoende titel, een bolwerk tielpen opwerpen tegen het aanstormende, en goddeloze, communisme. Hoezeer het kan verkeren bleek mij in 1977 toen ik in een commissie van goede diensten terecht kwam om een interne redactie-ruzie bij De Nieuwe te helpen beslechten. Tevergeefs. Ik had er het (pleziehge) gezelschap van Anton Constandse (anarchist) en Wim Klinkenberg (communist). En dat voor iemand die op school bij de Jezuïeten met Creyghton was opgevoed! Begin jaren zestig zag de SJ het met De Linie niet meer zitten. Het blad werd overgedaan aan de bankier Fehmers, er kwamen roomse hotemetoten in de raad van commissarissen van NV De Nieuwe Linie. En Gerard van den Boomen werd bij de nog roomsige Volkskrant weggehaald om hoofdredacteur te worden, en dat bleef hij tot de dood (van het blad!) hen scheidde. Zijn hevige relatie met DNL heeft hij nu van zich af geschreven in een krant-biografie. Voor wie niet professioneel in kranten is geïnteresseerd boeit in het boek (Uitgeverij Luyten, Aalsmeer, 1988) vooral de geschiedschrijving van een epoche. Zo was DNL in de eerste periode nog volop een katholiek blad. Er zaten dhe 'uitgeleende' Jezuïeten in de redactie, totdat Rome hen dat in 1964 verbood, hetgeen een reuze rel werd over roomse

censuur. Twee van de paters traden uit de SJ, stelden zich onder de hoede van IVIgr Bekkers van Den Bosch (weet u nog?) en mochten van hem redacteur blijven. De Nederlandse kerkprovincie was volop in de belangstelling. Hier gebeurde het, met weifelende medewerking van kardinaal Alfrink vanuit het Concilie, dat juist in die dagen het Vaticaan onveilig maakte. Je

namen van toen meer tegen in discussies over geloof en kerk-zijn. De rebellen van toen zijn veelal de onverschilligen van nu. Je drijft met z'n allen een hele tijd mee op een sterke grondstroom naar een groots visioen. Dan verduistert de teleurstelling het visioen, wat jammer is. Toch geeft lezing van de Werdegang van DNL niet het gevoel dat het voor niets is ge-

co

Een oprechte tofelemoon

z

LU

O

CL

CC LJJ

weet niet wat je leest als de biograaf vermeldt dat DNL problemen krijgt met kritische publikaties over de transsubstantiatie - het letterlijk nemen van de avondmaalstekst 'Dit is Ivlijn lichaam' - waartegen de reformatoren destijds al stelling namen; met de vrijheid van meningsuiting in de kerk; met de seksualiteit (de onvolprezen Trimbos was één der eerste medewerkers, terwijl Rome onnavolgbare encyclieken als Humanae Vitae baarde); met de confessionele organisaties - het Mandement was nog vers, van 1954. Alles was taboe, en niets deed de adrenaline zo snel vloeien als bekwaam het onuitspreekbare opschrijven. Dat duurde tot rond 1971. Het Nederlands Pastoraal Concilie, hoop voor velen die in een risorgimentovan de kerk geloofden, liep vast op het Vaticaan. iVlgrSimonis werd in Rotterdam benoemd. Bij het kerkvolk kwam in plaats van het enthousiasme (letterlijk: het god-in-ons gevoel) de onverschilligheid. DNL kon niet meer spreekbuis zijn van actie-voerend katholiek Nedehand, want de dood was in de pot. Op Huub Oosterhuis na, die op inspirerende wijze blijft vol houden, en de Kils natuurlijk, kom je vrijwel geen van de

weest. De vrijzinnigheid heeft nu ook in katholieke kring haar plek gekregen. Maar zij floreert niet, bij gebrek aan een bloeiende orthodoxie om zich tegen af te zetten. In politiek en maatschappij bleken de vernieuwingsgolven van de jaren zestig ook niet duurzaam, wat jammer was voor DNL, die zich in haar tweede periode daarop was gaan concentreren. De hervormingen van die jaren zijn niet meer weg te denken, maar met de instrumenten die hen vorm hielpen geven is het vaak minder goed gegaan. Hoe was het destijds met die chhsten-radicalen, met nieuw links, met provo? Gerard van den Boomen verweert zich in een epiloog tegen het verwijt dat DNL te modieus is geweest, te fanatiek in het ondersteunen van wat de redactie als 'bevrijdingsbewegingen' zag: losgeslagen tofelemonen werden zij genoemd-het Jiddische woord voor katholieken dat 'ijdel geloof' betekent tegenover 'chaddisjemoon', nieuw geloof, voor protestanten. Van den Boomen, de roomse brabander die DNL voor velen incarneerde, is zo'n tofelemoon. Een oprechte. Mede daarom heeft DNL iets kunnen betekenen, kort maar hevig.

15

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1988

VU-Magazine | 496 Pagina's

VU Magazine 1988 - pagina 249

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1988

VU-Magazine | 496 Pagina's