GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1993 - pagina 153

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1993 - pagina 153

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

en werkt een groot deel van het jaar in honden. Is dat nu een Engelse of een Afrikaanse schrijver? Of is dat eigenlijk gewoon een domme vraag? "Ik zou het niet weten. Die discussie doet zich ook in Afrika voor, bij voorbeeld naar aanleiding van hteraire prijzen. Stel dat een Afrikaan een toneelstuk heeft geschreven, dat net zo goed in N e w York als in Tokio als in Lagos zou kunnen spelen, omdat het heel weinig naar de context verwijst. Kan zo'n toneelstuk dan ooit een Afrikaanse literaire prijs krijgen? "Er is in Afrika ook wel kritiek geweest op de Nobelprijs voor Wole Soyinka, in 1986. Er werd gezegd: die schrijft zo ingewikkeld, dat is niet bestemd voor mensen die niet in het Engelse Hteraire circuit thuis zijn. Zijn taal is inderdaad niet zo toegankelijk als bij voorbeeld die van Achebe of Ngugi. Maar Soyinka heeft daarop gezegd dat als dat je criterium is, dat je dan het beste me-Tarzan-you-Jane-dialogen kan schrijven: die zijn pas echt toegankelijk. "Er zit ook een zekere nostalgie achter die kritiek - van: we moeten terug naar de tijd voordat het westen met zijn schennende handen over ons heen kwam. Maar dat is een illusie: culturen

lopen steeds meer door elkaar. Schrijvers reizen en verhuizen en doen overal indrukken op. Een 'onbesmette', zuivere cultuur bestaat niet meer. Alle culturen zijn langzamerhand in aanraking geweest met andere culturen. En dat is ook goed denk ik: een cultuur die zich afzondert is ten dode opgeschreven. Overal in de wereld hebben we te maken met het vermengen en vervagen van culturen. James Clifford heeft daar een boek over geschreven, 'The predicament of culture', met allerlei aardige voorbeelden: Indianen die Adidas-schoenen dragen met kralenmotieven in hun eigen oude traditionele kleuren en vormen. Dat is een voorbeeld van vernieuwing. "Het gekke is dat niet alleen in Afrika af en toe gepleit wordt voor het zuiver Afrikaanse, maar dat dat niet minder gebeurt in het westen. De westerse interesse in kunst uit andere culturen gaat vaak vooral uit naar het zogenaamd zuivere, authentieke. Daar worden enorme prijzen voor betaald. Maar zo fossiliseer je een cultuur en verwijs je die terug naar een ver verleden. Het wordt tijd dat we eens afkomen van die manier van denken."

COLUMN D e boot missen ERIC-JANTUININGA Al vanaf het begin van de jaren tachtig denken sommige mensen dat Nederland in de internationale concurrentiestrijd bakzeil haalt. In eerste instantie zouden we de boot missen omdat we niet goed meedoen met de informatietechnologie. Vanaf 1986 moest daarom 'Nederland Distributieland' met enkele ma/nporte (Schiphol, Rotterdam) uitkomst gaan brengen. Later, toen heel Europa zich verheugde op de zegeningen van de open grenzen (in 1992) begon ons land te zeuren over het milieu als bedreiging van onze welvaart. Nu, anno 1993, lijkt die dreiging dat we de boot missen echter uit een heel andere hoek te komen. Onze nationale industrieƫn - Fokker, DAF, RDM, hloogovens, NedCar en Philips wankelen of worden verkocht. Bestaat er nog iets als een toekomst voor het Nederlandse bedrijfsleven, is de bange vraag rond menige bittertafel. Het antwoord is een simpel ja. Overal ter wereld kampt men met een econo-

mische terugslag en dat is wel vervelend, maar niet verrassend. Per definitie is de economie cyclisch en in tijden van neergang vallen er slachtoffers. Wat echter pijn doet is dat die problemen zich voordoen bij enkele 'kroonjuwelen' van de Nederlandse welvaart. Minder in het oog springende Nederlandse bedrijven doen het internationaal niet eens zo slecht. Tuinbouw, handel en zelfs de chemie kunnen zich ondanks het neergaande economische tij redelijk redden. En - gedeelde smart - ook in het buitenland voelt men de gure wind: zelfs de Japanse economie stagneert en Europees trekpaard Duitsland dreigt zich te vertillen aan Oost-Europa. De zorg over de internationale concurrentiepositie is alom aanwezig. Zo beschrijft een Duitse bestseller hoe heel Europa de boot dreigt te missen als gevolg van de Japans-Amerikaanse uitdaging. Voorbij de bittertafelretoriek van de gemiste boten ontspint zich gelukkig ook een volwassen discussie over de nood-

zaak van een industriebeleid vanuit de overheid. Dat onderwerp leek sinds het RSV-debacle een taboe in de Nederlandse politiek. Maarteveel politici denken nog steeds dat industriebeleid zich vooral moet concentreren op de technologische wedloop tussen landen en bedrijven. Meer high-tech of technologische clusters (zoals minister Andriessen propageert) zouden ons vanzelf weer in de vaart der volkeren opstoten. Maar dat is een te simpel beeld. Juist de huidige crises bij DAF, Philips en Fokker leren ons dat er teveel managementfouten zijn gemaakt. Onze concurrentiepositie is afhankelijk van kennis plus kunde en bovenal van het organisatorisch vermogen deze twee toe te passen. Dus de gemiste boot is niet die van de technologie, maar die van de expertise, dat wil zeggen kennis plus ervaring. Industriebeleid betekent niet allereerst geld steken in technologie, maar in onderwijs en training.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1993

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1993 - pagina 153

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1993

VU-Magazine | 484 Pagina's