GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1994 - pagina 434

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1994 - pagina 434

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

H e t gaat niet goed m e t de hel. eeuvk^enlang is er gesidderd voor deze poel des verderfs. Tegenw^oordig laat de hel ons echter koud. Behalve in h e t taalgebruik speelt de hellevaart geen rol m e e r in ons dagelijks leven.

^B •V Êm

n deze hectische tijd, waarin het leven van alledag alle aandacht vergt, is het leven na de dood steeds verder naar de achtergrond verdrongen. Angst om verdoemd te worden is over het algemeen geen motief meer voor het doen of juist nalaten van dingen hier op aarde. Dat wil niet zeggen dat er geen discussie is over een eventueel leven na de dood. Met name de laatste jaren is gebleken dat religie nog springlevend is. Maar hemel en hel worden tegenwoordig vaker als produkten van het eigen brein beschouwd dan als reëel bestaande werkelijkheden. In ons heelal heeft de hel geen plaats gekregen. Niet in het binnenste van de aarde, niet in de kern van de zon en zelfs niet in een van de zwarte gaten van ons melkwegstelsel.

Spraakverwarring

36 v u MAGAZINE NOVEMBER 199i

Speculaties over de hel zijn er altijd geweest. En ook de bijbel geeft geen eenduidig beeld van de hel. Wie in het Oude Testament op zoek gaat naar bewijsmateriaal voor het bestaan ervan, komt zelfs van een koude kermis thuis. Echte aanknopingspunten zijn er niet. Of het moet de

vervloeking van de koning van Babyion door de profeet Jesaja zijn: " U w trots is in het dodenrijk neergeworpen, de klank uwer harpen; het gewormte ligt onder u gespreid en maden zijn uw bedekking." Maar dit lijkt eerder een woordenspel; de Babylonische koning wordt hier welsprekend naar zijn eigen Babylonische hel gezonden. Wie het Oude Testament er op naslaat kan niet anders dan concluderen dat de Joden van weleer geen band hadden met de doden. H u n doden werden niet vereerd en hun graven niet bezocht. O m toch aanknopingspunten te vinden zijn er door sommige schriftgeleerden fra-

Altaarpaneel dat de hel voorstelt, geschilderd door Dirk Bouts (circa 1410- 1475).

giele lijntjes uitgezet. Zo wordt het Hebreeuwse woord sjo'el soms vertaald met hel, maar ook met graf, en met put. Nergens lijkt het naar iets anders te verwijzen dan naar de plek waar het lichaam ter ruste wordt gelegd. De hoop op een weerzien na de dood pastte gewoonweg niet in de Oudtestamentische wereld. Het Nieuwe Testament levert veel meer aanknopingspunten voor een leven na de dood. Maar zekerheid over de duur van het verblijf en de inrichting van de hel is ook hier niet

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1994

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1994 - pagina 434

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1994

VU-Magazine | 484 Pagina's