GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1994 - pagina 394

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1994 - pagina 394

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

DEUI

^^ heh vvej «Pn

Zenuwtuig Wat ik

40

"Wat ik niet begrijp, is dat toneel en ballet zich ongelooflijk sterk hebben kunnen vernieuwen zonder het publiek van zich te vervreemden, terwijl er in de klassieke concertpraktijk de neiging is om bij het einde van de negentiende eeuw te stoppen. De grote orkesten zijn niet in staat geweest het publiek te wennen aan de muziek van na de oorlog. Is de cultuurschok zo groot in de muziek omdat het op een ander zenuwtuig inspeelt dan ballet en toneel? Of speelt er iets anders? Dat zou ik wel eens willen weten." Ik ook. En daarom citeer ik mr. Schelto Patijn, thans burgemeester van Amsterdam maar ten tijde van deze uitspraak nog in functie als Commissaris van de Koningin in Zuid-Holland, maar even letterlijk en volledig. Dat de quote weinig zorgvuldig geformuleerd is ("het publiek wennen aan", "de muziek ... het"), wordt helemaal goed gemaakt door de lancering van het intrigerende "zenuwtuig"; een trouvaille die de discriminatie van m o derne muziek als te respecteren kunstvorm extra schril doet afsteken tegen de aanmerkelijk ruimhartiger acceptatie die niet alleen ballet en toneel, maar bijvoorbeeld ook de beeldende kunst en de literatuur ten deel valt. Voor de goede orde: het gespreksonderwerp is datgene wat contradictorisch wel als 'moderne' of'hedendaagse klassieke muziek' wordt aangeduid en dat onderscheid verdient ten opzichte van de 'echt klassieke' toonkunst (dat is alles wat gecomponeerd is door componisten die vóór 1900 het levenslicht zagen) aan de ene, en alle populaire muziek aan de andere kant. O m verwarring te voorkomen wordt de desbetreffende soort ook \vel aangeduid als 'twintigste-eeuwse gecomponeerde' muziek. Maar begripsmatig blijft het een zootje. Veel klassieke muziek is heel populair ('het slavenkoor' bijvoorbeeld, o f ' d e parelvissers' en voorts alles wat door Pavarotti wordt gezongen), veel populaire muziek, die vrijwel steeds óók twintigste-eeuws èn gecomponeerd is, daarentegen niet (bijvoorbeeld wanneer een liedje de top-40 niet haalt). Patijn, ondervraagd over zijn o m -

v u MAGAZINE OKTOBER 1994

°'"d-t het olT ''f wej pp„

^'^eseJijjj

'"'''"^ zo ^Zt O^speeJt er w

^'^ ' ' " "^ de '"^PeeJi dan

Door D. Prinsen gang met de 'nieuwe muziek' in een promotiekrant voor aanstaande 'Promsconcerten', ziet twee hoofdschuldigen die debet zijn aan het gebrek aan populariteit van hedendaagse serieuze muziek. Tot de eerste rekent hij de uitvoerenden: de grote orkesten die op een enkele vroege Schönberg en een late Richard Strauss na de twintigste-eeuwse muziek ongespeeld laten. De tweede is vooral een lichamelijke tekortkoming van publiek: het "zenuwtuig" dat door muziek beroerd wordt is anders van samenstelling dan het tuig dat bij andere kunstvormen in werking treedt. Patijn is voorzichtig, laat zijn laatste hypothese door een vraagteken volgen, vraagt zich zelfs af of er wellicht nog een andere oorzaak in het spel is, maar verzuimt die derde schuldige te noemen: de van elke creativiteit gespeende componisten van de zogeheten 'seriële muziek' die met hun wiskundig verantwoorde maar volstrekt steriele getingel, zelfs de meest welwillende luisteraar de concertzaal uit joegen. Die notenbreiers zijn gelukkig zelf al lang weer van het concertpodium verdwenen. Er wordt door hedendaagse componisten uit de gehele wereld weer fris, fruitig en vernieuwend gecomponeerd. Maar de bereidheid van de trendvolgende muziekminnaar om z'n zenuwtuig ook

nog eens door wat anders dan M o zart, Mendelssohn en Mahler te laten beroeren, is al met al gering. En dat is voor een belangrijk deel de schuld van al die seriële zelfbevlekkers. Muziek is in de publieke opinie nog altijd een gekooide vogel die steeds dezelfde deun moet fluiten. Zo'n bekrompen visie zou op het toneel (nee hè, niet weer Hamlet!) of in de schilderkunst (ga toch weg met je Nachtwacht!) op slag de lachlust opwekken. Het behoeft dan ook geen betoog dat deze opvatting over de functie van muziek bekrompen, oerconservatief en anti-cultureel tegelijk is, ook al komt ze in de beste kringen voor. In hetzelfde krantje waarin Patijn zijn zenuwtuig introduceert, meent ex-collega Jo5 van Kemenade (Commissaris van de Koningin in Noord-Holland): "Behalve wanneer ik er verplicht naar toe ga, bezoek ik concerten toch als vrijetijdsbesteding en dan ga ik vooral naar de muziek die ik ken en die ik plezierig vind." Nee, geef mij dan maar de grensverleggende eerlijkheid van Hare Majesteits Commissaris in Noord-Brabant, mr. EJ.M. Houben: "Mijn belangstelling ligt vooral bij klassieke componisten als Bach, Handel en Dvorak. Maar soms reken ik ook Phil Collins tot de klassieken. Heerlijke muziek."

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1994

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1994 - pagina 394

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1994

VU-Magazine | 484 Pagina's