GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1996 - pagina 145

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1996 - pagina 145

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Escher was er, zoals gezegd, uiterst wars van. Hij had een afkeer van mystificaties en symboliserend bedoelde duidingen van zijn werk. Niet zozeer de oppervlakkige interpretaties stoorden hem daarbij, maar vooral het op niets gebaseerde gepraat van uitleggers die er hele theorieën aan vastknoopten. Dat, vond hij, leidde af van waar het hèm om te doen was: de afbeelding 'puur en simpel' als het uiteindelijk resultaat van een moeizame en langdurige, door de kunstenaar ondernomen ontdekkingstocht. Ook Escher zelf heeft echter niet weten te voorkomen dat voor de ogen van de toeschouwer in veel van zijn prenten betekenislagen opdoemen die hij tijdens het scheppingsproces niet bedoeld en zelfs niet bevroed heeft. Zo liep hij in de valkuil die hij zelf had gegraven. Een van zijn favoriete uitspraken luidde namelijk: "Tekenen is bedrog.". Maar juist door te erkennen dat het menselijk waarnemingsvermogen zich op dit punt wel heel erg gemakkelijk bij de neus laat nemen - een handicap die Escher als geen ander wist uit te buiten - mag de kijker het door de kunstenaar uitgevaardigde interpretatieverbod negeren; hij hoeft geen halt te houden bij de waarneming van louter inkt en papier, maar mag zijn fantasie de vrije teugel laten om in het werk van Escher dat te zien wat hij erin denkt te zien. WEINIG

met recht te wijzen op betekenislagen die verder en dieper reiken dan de meestal wat oppervlakkige inhoudelijke uitleg die de kunstenaar er zelf aan gaf? En hoever kunnen we daarmee gaan zonder de plank écht mis te slaan? Wat Vermeulen vooraf bovendien van het hart moet is, dat de mathematische grondslag in veel van Eschers prenten zijns inziens zwaar overschat is, hetgeen dan ten koste zou zijn gegaan van de artistieke en k u n s t h i s t o r i s c h e waardering ervan. Escher staat, anders gezegd, vooral als een cerebraal artiest - een puzzelaar, een rekenaar en een knutselaar - te boek, en zonder twijfel tevens als een knap, grafisch ambachtsman met een scherp oog en een vaste hand. Maar dat heeft in het verleden de aandacht wat te veel afgeleid van de puur kunstzinnige aspecten die het werk zeker ook heeft, aldus Vermeulen, die de indruk toch niet helemaal kan wegnemen dat de kunstenaar zelf vooral ook debet is geweest aan die rigide etikettering. EiNZELGANGER 'mmmwMmmmmê

De 21-jarige Escher laat zich in 1919 inschrijven als student bouwkunde, maar stapt, op aanraden van een leraar grafiek, S, fessurun de Mesquita, al snel over naar de grafische vakken. Die krijgen van hem de voorkeur boven het werken met bijvoorbeeld palet en penseel, omdat naar eigen zeggen "juist door de gedwongen beperking tot wit en zwart en vooral door zijn edele, moeizame techniek, [...] de graficus beter in staat [is] dan de schilder, om de idee klaar en zuiver naar voren te brengen, en minder geneigd zich tot een hol effect te laten verleiden." Het is niet uit te sluiten dat deze voorkeur voor de grafiek mede het gevolg was van het feit dat Escher enigszins kleurenblind was én linkshandig. Het laatste was een voordeel omdat hij daardoor zonder problemen in spiegelbeeld sneed of graveerde.

LYRISCH

Herfst 1995 verscheen 'Maurits C. Escher - een eigenzinnig talent', van de hand van fan Willem Vermeulen. Het is een fraai geïllustreerd boekwerk over leven en werk van 'Mauk' (zoals intimi hem noemden) Escher, dat absoluut geen volledigheid pretenderende catalogus van diens grafische nalatenschap wil zijn, maar een bundel die, aldus de auteur, een subjectief en essayistisch karakter draagt. Vermeulen was een van die schaarse intimi die 'Mauk' tegen Escher mocht zeggen; hij kende hem sinds de Tweede Wereldoorlog en ontwikkelde een vriendschappelijke band met de kunstenaar wiens artistieke nalatenschap hij van 1972 tot 1987 beheerde in de 'M.C. Escher Stichtmg'. Die jarenlange betrokkenheid op Eschers leven en werk, maakt het des te tragischer dat Vermeulen het verschijnen van dit boek, waarin vele jaren van studie, van schrijven en schaven, zijn verdisconteerd, niet meer meemaakte: hij overleed, 75 jaar oud, nog geen maand voor hem het eerste exemplaar zou worden overhandigd. Met veel gezag en kennis van zaken beschrijft Vermeulen niet alleen leven en werk van een van Neerlands meest bekende, twintigste-eeuwse grafici; door het gebruik dat hij kon maken van bijvoorbeeld privé-archieven slaagt hij er bovendien in om, met behulp van onder meer citaten uit de brieven die Escher aan zijn in het buitenland woonachtige kinderen schreef, deze figuur voor de lezer tot leven te wekken en diens complexe persoonlijkheid inzichtelijk te maken. De inzichten die dat oplevert vormen in een aantal gevallen de tot nu toe gemiste sleutel tot een beter begrip van Eschers grafisch werk, dat vaak als kil, afstandelijk en weinig lyrisch is gekarakteriseerd, maar dat tegelijkertijd zo sterk tot interpretatie lijkt uit te nodigen. Een belangrijke vraag die Vermeulen in een woord vooraf stelt, heeft dan ook betrekking op de grenzen en mogelijkheden van het interpreteren van dit werk: valt daarin M.C. Escher: "Is dit diepzinnig of absurdl" WETENSCHAP,

CULTUUR

et> SAMENLEVING

19

- APRIL

1996

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1996

VU-Magazine | 568 Pagina's

VU Magazine 1996 - pagina 145

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1996

VU-Magazine | 568 Pagina's