GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1998 - pagina 483

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1998 - pagina 483

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

element", zo stelt een Amerikaans leerboek over zwakzinnigheid in 1902. Behalve segregatie werd ook sterilisatie van zwakzinnigen veelvuldig gepropageerd. Tot 1935 zijn er bijvoorbeeld in de Verenigde Staten ongeveer 20.000 sterilisaties uitgevoerd niet alleen op zwakzinnigen maar ook op krankzinnigen, verkrachters, geslachtszieken en prostituees. Ook Europese landen waaronder Noorwegen, Zweden, Zwitserland en Groot-Britanniƫ troffen in de jaren dertig eugenetische maatregelen om te voorkomen dat zwakzinnigen zich voortplantten. Hoewel de eugenetica in Nederland niet zoveel aanhang heeft gehad en er nooit wettelijke maatregelen zijn doorgevoerd, waren er wel geluiden in die richting te horen. De socioloog Steinmetz sprak in 1904 bijvoorbeeld over een 'dysgenetische catastrofe', omdat de laagste klassen zich tweemaal zo snel zouden voortplanten als de hogere klassen. "Wie kent ze niet die zorgelooze, minderwaardige gezinnen hangend op vreemden steun en krioelend van even waardeloze kinderen", aldus Steinmetz. In het verlengde hiervan werd het Nederlands publiek in 1935 voorgehouden: "Vergroot uw gezin, gij die staat boven aan de maatschappelijke ladder." Na 1945 hebben de Nederlandse eugenetici afstand genomen van de praktijken in Duitsland, waarbij van de 283.000 zwakzinnige inrichtingsbewoners die Duitsland in 1940 telde er na de oorlog nog 40.000 in leven waren. Toch werd er in Nederland ook na 1945 nog gesuggereerd dat segregatie en al of niet verplichte sterilisatie bij zwakzinnigen "een zegen voor de geestelijke gezondheid" zouden zijn.

bij gebaat zijn niet geboren te worden en gespaard te blijven voor een hun wachtend ellendig bestaan", wordt mutatis mutandis vandaag de dag in de discussie over prenatale diagnostiek als belangrijk argument gebruikt. Uit recent onderzoek blijkt dat negentig procent van de vrouwen die bij een prenatale test zwanger blijkt te zijn van een kind met Down-syndroom, besluit om de zwangerschap af te breken. Een folder over prenatale diagnostiek van het Academisch Medisch Centrum in Amsterdam zegt het heel onomwonden: 'Wij nemen aan dat, indien er ernstige afwijkingen vastgesteld worden, u de zwangerschap zult laten afbreken." Hedendaagse genetici leggen er - terecht de nadruk op dat er ook grote verschillen ten opzichte van de eugenetica uit de jaren dertig bestaan. Destijds werden hele groepen mensen afgedaan als minderwaardig, en was er sprake van dwingende maatregelen. Tegenwoordig vinden erf elijkheidsonderzoek en prenatale tests op basis van vrijwilligheid plaats. Met de resultaten in de hand kunnen mensen individueel en vrijwillig beslissen hoe verder te handelen. Toch is soms niet helemaal duidelijk in hoeverre een dergelijke beslissing werkelijk vrijwillig kan worden genomen. Hier en daar is de voorzichtige suggestie te horen als zouden zwangere vrouwen van boven de 35 jaar

de morele of sociale plicht hebben om gebruik te maken van de mogelijkheden van de prenatale diagnostiek. Of zoals een journalist in 1986 in NRC-Handelblad schreef: "Het getuigt van bedenkelijk verantwoordelijkheidsbesef als iemand willens en wetens een ernstig gehandicapt kind op de wereld zet." Inge Mans stelt tenslotte de vraag wat het voor de zwakzinnigen van tegenwoordig betekent dat we met behulp van prenatale diagnostiek kunnen voorkomen dat kinderen met bepaalde afwijkingen geboren worden. Hadden we hun bestaan ook willen voorkomen, als dat destijds mogelijk was geweest? Daarmee zijn we terug bij een vorm van ambivalentie die al in de middeleeuwen de houding jegens zwakzinnigheid tekende. Toen werd men heen en weer geslingerd tussen de vermeende heiligheid en het duivelse van zwakzinnigen. Moest men hen vereren of was het beter dat ze maar nooit geboren waren? Nu spreken we van volwaardige 'mensen met mogelijkheden', van wie we als 'gewone' mensen misschien nog wel wat kunnen leren. Maar tegelijkertijd doen we er veel moeite voor om het ontstaan van dergelijk leven te voorkomen. Inge Mans, 'Zin der zotheid -Vijf eeuwen cultuurgeschiedenis van zotten, onnozelen en zwakzinnigen', Bert Bakker. Fotografie; Rene Koster

Prenatale diagnostiek De uitspraken van de eugenetici in de eerste helft van de twintigste eeuw mogen gedateerd en in het licht van wat er in het Derde Rijk gebeurd is verwerpelijk aandoen, toch valt de vraag te stellen, zo meent Inge Mans, of we met de hedendaagse genetica ons wel zo heel ver verwijderd hebben van wat de eugenetici ons destijds voorhielden. Het inzicht van de arts Van der Spek in 1935 "dat de ongelukkigen er zelf mede

wcs

NOVEMBER/DECEMBER 1998

107

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1998

VU-Magazine | 492 Pagina's

VU Magazine 1998 - pagina 483

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1998

VU-Magazine | 492 Pagina's