Uit de diepte - pagina 622
:
616 zijt om barmhartigheid te bewijzen aan een verslavan harte, hoort toe. In den morgen van dezen dag, bij het opgaan der zonne, ging ik uit met mijne broeders, ieder gewapend met zijn gereedschap, om hout te houwen in het bosch niet verre van Berseba. Wij hadden tezamen gearbeid in het zweet onzes aanschijns tot op den middag en zaten neder om brood te eten. Wij zongen tezamen een der liederen van Sion, ter eere van den God Israels. Onze krachten waren gesterkt. Wij stonden op en begaven ons aan het werk, en hieven onze bijlen omhoog. Opeens daar vliegt het ijzer van mijn werktuig van den steel, en het treft een man, die dicbt bij mij stond, aan den slaap van het hoofd. Een ontzettende wonde doet een breeden bloedstroom vloeien, hij bezwijmt, stort neer, eenige oogenblikken slechts en hij geeft den geest! Ach, mijn broeder!! Mannen broeders en vaders de God Israels zij ten getuige er was geen twist tusschen ons geweest; er bestond geene veete, dat ik hem sedert gister of eergister zou hebben gehaat. Daarom, in naam van Hem, wiens barmhartigheden vele zijn, geef mij eene plaats binnen uwe poorten, dat ik daar eene toevlucht vinde voor den bloedwreker, die dreigend staat voor de poorten
die gezeten
gene
:
!
uwer
!
stad."
De oudsten antwoorden, zeggende: niet mogen verblijven, dan naar de
»Gij zult in onze stad. regelen van het heerWij zullen kennisse nemen van de zaak,
lyk recht onzes Gods. waarvan gij voor onze ooren gesproken hebt." Zij zenden een drietal uit naar de plaatse van het onheil. Zij keeren na eenigen tijd weder en brengen dit bescheid weder voor de ooren van de oudsten van Hebron, zeggende »Wij hebben bevonden, dat deze man geen twist heeft gehad met den verslagene dat hij hem gisteren en eergisteren niet heeft gehaat; noch immer zijn kwaad heeft gezocht; noch hem heden met wetenschap heeft verslagen en dat gij hem oordeelen kunt naar het woord, dat zijne lippen gesproken :
;
;
hebben."
Met heilige vreeze, gemengd met stille hope beluistert hij de lippen der oudsten, als zij zich openen en zeggen »Wees welkom, mijn broeder binnen de poorten van Hebron. De God van Israël heeft uwe benauwdheid voorzien, en u eene toevlucht bereid in deze vrijstad. Waarlijk zij is voor u verordineerd, als de Heere aan zijn volk zijne wetten gegeven heeft. Ontvang dan uw leven weer uit de hand uws Gods, naar den eisch van zijne gerechtigheid, en geniet vrede en rust onder de schaduwe der vleugelen onzes Gods. Wij zullen den bloedwreker afwijzen en tevreden stellen en waken !
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887
Abraham Kuyper Collection | 820 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887
Abraham Kuyper Collection | 820 Pagina's