Het werk van den Heiligen Geest - pagina 250

:

NOG APOSTELEN?

212

zonder dat het daarbij iemand ook maar in den zin komt^ deze

ook

als wij in

Luk. 9

52 lezen

»En Hij zond boden

:

om

woord »engelen"

hier het

Geheel op dezelfde wijze

te

en

bedoel

dan

er

zijn.

zijn

Zoo

aange-

de verte ooit aan gedacht

in

bezigen.

met het woord «engeP' kan men dus ook

als

met het woord »aposter' doen. Men kan zeggen apostel

voor

uit

wanen,

te

»Hij zond engelen uit voor zijn aange-

:

zonder dat eenig vertaler er ook maar

zicht", heeft,

:

den grondtekst

zicht", staat er in

om

maar engelen zouden geweest

opzieners geen mannen,

dat

:

man

Ik noem dien

mede, dan dat

niets anders

hij

een

als gezant, als

hode, als zendeling of nitgexondene een dienst in de kerken vervuld heeft.

Zooals

b.

ook Barnabas

V.

om

volstrekt niet

Hand. 14

daarmee aan

optraden

hier

Immers, zoo lezen

om

Hand. 13

chië eenige profeten en leeraars

zeide de Heilige Geest

te

kennen

te

geven, dat Barnabas en

gezondenen, zendelingen, gezanten des Heeren.

als

wij in

14 een apostel genoemd wordt,

:

duiden, dat ook Barnabas tot het apos-

te

behoorde, maar enkel

telcollege

Saulus

in

:

1,

2: »Er waren in de kerk te Antio-

en als dezen den Heere dienden en vastten,

;

Zondert Mij af Barnabas en Saulus tot het werk,

:

waartoe Ik hen geroepen heb." Hier ziet men dus, dat Barnabas

man van Tarsen

Saulus genoemd wordt; dat de

naam, maar

lischen

zijn

ouden naam van Saulus wordt geroepen; dat

als doelende op deze ééne missie

niet als apostel optreedt,

»zendeling"

maar

;

en dat derhalve Barnabas hier volstrekt

uitsluitend als missionaris,

In Hand. 14

of »afgezant".

:

:

van

als

niet gelijk

zelf,

als

noemen

we thans

Gezondene van den

de groote Zendeling, die tot de wereld kwam, en

God aan 3:1:

Hebr.

achtig

wij

»En de apostelen Barnabas en Paulus."

Vandaar, dat ook onze Heere Jezus Christus Vader,

wat

14 moet dus eigenlijk vertaald

»En de gezondenen, namelijk Barnabas en Paulus," en lezen

vóór

van den Heiligen Geest een geheel tijdelyk karakter droeg,

roeping

deze

bij

zelfs

niet eens bij zijn aposto-

zijn

kerk, den

naam van Apostel

draagt; gelijk

we

lezen in

»Hierom, heilige broedereu, die der hemelsche roeping deel-

aanmerkt den Apostel en Hoogepriester onzer

zijt,

Wilden

als afgezant

dus

belijdenis."

de Irvingianen in dien algemeenen zin de hervormers uit

de zestiende eeuw of enkele voortreflijke kerkleiders uit deze eeuw met den

naam van komelijk ze

apostelen benoemen, dan zou hiertegen op zichzelf geen onover-

bezwaar

eischen

karakter

wel

voor

worden met de

bestaan.

terdege,

de

kerk

Maar

dat

deze

zullen

eerste apostelen,

En

dat nu kan noch

een

beweren loopen

mag hun

dit bedoelen de Irvingianen niet.

nieuwe

staan zij

ooit

en

Neen,

apostelen in een exceptioneel

op

één

lijn

zullen

geplaatst

het ook met zeer gewijzigde werking.

worden toegegeven. Immers, met zulk

de Irvingianen rechtstreeks in tegen hetgeen de

hei-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen