Locus de Consummatione Saeculi - pagina 67
College-dictaat van een der studenten
College-dictaat van een der studenten (Dogmatiek). Verdeel ik nu het leven van een man van 60 jaar in twee dergelijke phasen, dan krijg ik eene phase van 4 kinderjaren en de andere van 56 jaar. Sprak ik nu in eene biographie van dien man alleen over die eerste phase dan zou ik geen bijzonder best en volledig biograaf zijn. Van Abraham nu hebben we in de ^
phase der 130 jaar, maar voor het ovevige met Abraham is, staat het dan ook met alle menschenkinderen. Eva is dan nu reeds ruim 5000 jaar oud ! Dit wordt nog erger, als we bedenken, dat bij7ia de helft der menschen wegsterven voor hun derde levensjaar, dus valt hun geheele leven bijna buiten deze aarde. Nu weten wij omtrent de dingen van de overzijde des grafs niets, tenzij of een mensch vandaar het ons meedeelt, of God. De Heere nu geeft ons eene openSchrift een kort verhaal over de eerste
En
niets.
zooals het
waarin de dingen aan gene zijde des grafs een tamelijk groote plaats Gaat het nu aan, dat de Schrift, dat Jezus en de apostelen over die wereld aan gene zijde van het graf, over verreweg het grootste deel van 's menbaring,
innemen.
schen aanzijn niets vermelden?
argumentum
Dit
voor
ons reeds
uit,
e
silentio bewijst wel niets,
maar
zegt veel.
Er
blijkt toch
dat Jezus en de apostelen van zulk eene wereld, geen kennis
droegen. b.
Theologen, die nog uit de Schrift willen argumenteeren, als de Vermittlungsdoen, hebben wel degelijk den plicht om hunne voorstelling Ze mogen dat zoo maar niet zich voorstellen. Ze hebben het leveren; iets, wat geen van hen noch ooit deed, noch immer kan doen.
zeggen
theologen
te
positief te bewijzen.
bewijs c.
te
Eindelijk: de Heilige Schrift levert ons omtrent het leven
des grafs eene reeks
van
weerspreekt en absoluut
Lukas Zij is
16.
van
De
voorstellingen,
die
geheel
hunne
aan de andere
zijde
voorstelling volkojnen
uitsluit.
gelijkenis
veel gewicht,
van den rijken man en Lazarus. omdat Jezus hier geheel vrij is in zijne
voorstelling.
Nu
van eene gelijkenis overgebracht, maar eisch van elk beeld is toch, dat het naar waarheid zij, naar een feitelijk bestaanden toestand. De schilderij moet ontleend zijn aan de werkelijkheid, de teekening moet juist zijn (cf gelijkenissen als van den zaaier, de bruiloft, de vischvangst, waar alles ivordt
kan wel
niet elke trek
geteekend, zooals het werkelijk, reëel toeging.)
Hier nu
is de schilderij ontleend deels aan het leven aan deze zijde van het aan dat aan gene zijde en beide teekeningen moeten reëel zijn, beantlüoorden aan de realiteit. Zoo zou b. v. het eten van de kruimels, die van de tafel vielen, bij ons geen realiteit zij7i. Doch in het Oosten ivel, daar at men aan een open tafel, en aan dat Oostersche gebruik is dit beeld ontleend. — Het tweede tafreel, de teekening van het leven na den dood, moet dus ook
graf, deels
reëel
zijn.
Vs.
28
geeft
den overgang tusschen beide tafreelen
;
vs.
22 meldt ons 5
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 781 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 781 Pagina's