Maranatha - pagina 16
rede ter inleiding van de deputaten-vergadering gehouden te Utrecht op 12 Mei 1891
16
ah
Hem komt
een poffehakhrs rat.
hart
aller
met
alleen
wapenen
geestelijke
En
vroolijk volgende, nadragen.
arch
of
heimelijke
wet
de
met wie Groen
gelijk
omdat
dit toe,
en aller rechter zal zijn; maar ons
is
strijden,
kenner van Wij moeren
hij
niet.
en Jezus ons kruis, irem
zoo aanvaarden
we dan ook zonder
bedoeling,
de positie van rechtsgelijkheid voor anderes geestes zijn, en vragen voor ons zelven,
sprak,
geen andere con.stitutioneele vrijheid, dan
Christelijke pUcUshetfaelding
mogelijk te maken.
om
In den burgerstaat
moet voor de wet en de
tijd
iemand, in
moet
wie
hij
alle burger in Nederland gelijk in rechten staan; komen, dat het ondenkbaar, ja, belachelijk zal heeten, ook zij, omdat hij uit overtuiging Afge^^cheiden
of
omdat
Doleantie,
hij
Roomsch
Jood
of
is,
als
staatsburger
achter te stellen of te krenken.
Doch niet slechts formeel wordt hierdoor onze gedragslijn bepaald, ook de taak waartoe we geroepen worden, wordt ons aangewezen door
hetzelfde
Het Calvinisme kent de roest van het maar poogt actief in te werken op elke keer, onze volkstoestanden komende is. Het komt nooit achteraan'
Conservatisme die in
maar koos
beginsel.
niet,
zich steeds een eerepiaats in de voorste gelederen; en ziet tot ernstige plichtsvervulling geroepen bij
deswege ook thans
zich
het keerpunt in ons nationaal bestaan, waar
De
politiek
bezig
een
cieel
en
is
in
in
Europa,
nieuwe
gestalte
intellectueel
dit
behoeft
te
zoeken.
bevoorrechte
we thans aan
toe zijn.
geen nadere aanwijzing,
De
klasse
oligarchie heeft
uit.
der
is
finan-
De massa
gisting
getreden.
geraakt. Het sociaal belang is op den voorgrond En met dreigende taal en nog dreigender gebaren vraagt
het gedrukte volk den Liberalist rekenschap het volk
somerein
af,
waarom,
indien
Z,
dat souvereine volk in zijn massale afmetingen nog langer door deze oligarchen moet worden vertreden. Niet het politieke
hun
te
spel
is,
trekt
doen; maar
hen aan;
om macht
niet als
om
de macht als macht
middel
om hun
is
het
lot te verbeteren.
Om brood, en meer dan brood, roepen ze. Ze zijn van oordeel dat van het „Vrijheid, Gelijkheid, Broederschap^ de Frljheid te karig toegemeten, schelijk
de
Gelijkheid altoos uitgesteld en de Broederschap
uitgebleven
is.
Drang van nood en
ellende,
gan-
maar zonder
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 24 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 24 Pagina's