E voto Dordraceno - pagina 475
ZONDAG
HOOFDSTUK
XVI.
463
VII.
openbaar wordt reeds een vrucht en uitwerking van het offer dat Christus voor hen bracht.
Vandaar dat onze Gereformeerde vaderen de vrucht van het kruis
om ook
zoo op stonden,
er
behandelen, en dat de Catechismus ook aan
te
die vrucht des kruises, die in onze reinigmaking bestaat, een afzonderlijke
Vraag
wijdt.
Eerst dan toch, als elke werking des heils en der heiligheden in ons,
van het kruis voor ons
als een vrucht
treedt, is
de Pelagiaan en de Re-
ons overwonnen. Eer
niet; en alle prediking van den Christus, onze zonden en overgeleverd is om onze ongerechtigheden, maar die het daarna nog in onze keuze stelt, of wij van deze teweeggebrachte verzoening gebruik zullen maken; of ook dat
monstrant
in
die wel erkent dat Hij stierf voor
het
nog aan ons staat komen; is niet
of bij deze verzoening de nieuwigheid des levens
bij zal
uit
den Gereformeerden wortel maar
den Ar-
uit
miniaanschen hoek.
De Gereformeerde
maar één werk, het werk des Heeren, en dat met majesteit doorwerken, zonder dat hij zelf er iets aan toevoegt of er bij doet, en zonder dat eenige macht van hel of duivel in staat is de vaste en zekere doorwerking van dat heil te stuiten. ziet
hij
kent
koninklijk en
Dit hangt hiermee saam, dat de Gereformeerde wel wezenlijk belijdt,
dat de Christus
er altoos dit
in
Ook
bracht heeft.
zijn
lijden en sterven het
wat de mannen van het recht noemen een
mee bedoeld: Aan God kwam
alle
niet.
uitstaande had.
offer ge-
hem
is
Daar
is
Bij
acceptilatio
.
toe de tijdelijke en eeuwige straf over
kinderen der menschen. Die kon Christus niet brengen.
Christus iets anders. Iets wat eigenlijk met die niets
Gode toekomende
dat gelooft en belijdt de Remonstrant
,,
tijdelijke
En nu
bracht
en eeuwige straf"
Maar God de Heere was nu zoo genadig om
heel andere lijden in plaats van die
,,
tijdelijke
dit
en eeuwige straf van alle
nemen. Zooals iemand doet die duizend schapen van zijn schuldenaar hebben moet, maar die schuldenaar betaalt ze niet. En nu komt er een ander en zegt: „Ik zal u tien flesschen kostelijken nardus
menschen" aan
geven, als
gij
te
dien schuldenaar zijn duizend schapen kwijt scheldt."
nu neemt de schuldeischer die eigenlijke
tien flesschen
en veel grootere schuld
acceptilatio;
en zoo zeiden
ze,
Christi, dat eigenlijk iets heel
aan.
Dit
heeft ook
nardus
in
En
de plaats van de
noemden de Remonstranten
God
de Heere met dat lijden
anders was dan hetgeen de mensch moest
brengen, genoegen genomen. Dit steunde en steunt nog zich orthodox,
bij
alle
Remonstranten, ook
op de valsche onderstelling, dat Gods
al
liefde en
noemen
ze
erbarming
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's