Encyclopedie der Heilige Godgeleerdheid - pagina 224

6

Afd.

21

p.

Hfst.

2.

En voor wat de

50).

III.

controvers in eigen boezem aangaat zullen ,

Amyraut, Capellus en Placaeus het

In

laatste studiejaar

kome

zijn veiligste gidsen zijn (p.

dan

hier

hij

deze algemeene ontwikkeling geen theologische studie mogelijk

op, dat de studenten zich ook door scripties

stelt er prijs sies

en disputatiën oefenen

de Ethiek

,

54).

de lezing der Patres,

bij

Lombardus en Thomas van Aquino (p. 60). tv\v êu xvxXyi rxtèslxv aan (p. 70), omdat zonder

alsook van Petrus

Voorts beveelt

GAUSSEN.

§ 79.

v.

73

(p.

van het Kerkrecht

,

En

v.).

hier blijft het

van de Pastoraal

sprake.

Fransch

accurati

modi van Hyperius en Keckermann

oppervlakkig

een protest

zijn geschrift zelfs

heel

is

80).

(p.

is

is,

en

respon-

,

Van

bij.

met geen woord

het leerplan, en tegen de

En nu

staat is

aan het

hiermee

niet

slot

van

gezegd,

dat Gaussen daarom geen vrome en tamelijk knappe predikers kan

gevormd hebben. Voor zijn ernst hebben we allen eerbied. Maar Theologen vormt men op die manier toch niet. Daartoe had Gaussen het

wezen

der

zelf

Theologie

boeiend, welsprekend, het

bedoelen,

te

Saumur was

ondermijnd. Hij was een

zeer

te

gemoedelijk voorganger, maar die, zonder

schuldig

stond aan het sloopen der Theologie.

reeds in zijn dagen verder afgeweken, dan

meenlijk waant. Iets wat te opmerkelijker

man

niettemin ook een

als

Gaussen

steeds de orthodoxe terminologie heel in strijd stellingen:

„10. 2

ófcoovtriog;

met

satisfecit ;

.

30.

zijn

immutabile

est;

Christus

liberi,

Ook

houden

;

gelijk

uit

quenquam

sine

Filius et

cognitione

Jesu

absolutum 6.

Fides

potest.; 70. Doctrina de perseve-

non imminuit studium bonorum operum; en

zitten

ge-

peccatis nostris vere et proprie

80.

etiam infantes, iure possunt sacro baptismate tingi " al

,

deze zijn

Dei aeternus

electionis et reprobationis

non

ge-

publieke belijdenis nog

bij te

est

men

weet, dat des-

Sola fide in Christum justificamur;

iustïficans sine charitate esse

rantia fidei

pro

est,

Decretum 50.

men

praemissen, genoegzaam blijkt

Impossibile

Christi servari; 40. et

in zijn

poogde

Dominus Jesus Christus

Jesus

is, als

Fidelium (p.

462).

toch in deze stellingen de Saumursche afwijkingen

in, toch is het streven onmiskenbaar om in Gereformeerden geest te spreken. In zijn hart had Gaussen met de Gereformeerde Theologie als zoodanig gebroken, maar in zijn Confessie kwam dit nog niet uit. En in elk geval was hetgeen hij voor de ont-

bedektelijk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen