Dicaten dogmatiek. Locus de Deo - pagina 14
college-dictaat van een der studenten
Locus DE Deo
XIV
B.
Wat
te verstaan is
C.
Het
persoonlijk
II.
onder „persoon". bestaan van
11
God
vergeleken met dat van den
mensch. 1
15
N.
De
3.
de Differenzirung met coördinaten buiten hem. 16 Voor de archetypische persoonlijkheid van God moet die Differenzirung gezocht in Zijn wezen zelf. 17
mensch wordt
ectypische persoonlijkheid van den
bewust
zich
in
X.
2.
3. 3. N.
De innerlijke Differenzirung in den mensch, 18 De God niet irrationeel. 21 „ „ „ De wezensgrond v. d. persoonlijkheid v. d. mensch ligt in
wezen der mensciiheid en de grond hiervan weer in God. 22 2. De wezensgrond v. d. persoonlijkheid v. God ligt in God 4. N.
2. 5. 6.
De De
het
zelf. 23
ectyp. persoonlijkh. existit in tempore. 26 archet.
is
„
'^po y.y.rxj3cXr,Q kó<t/u.o-j.
26
Verhouding v. d. persoon en zijne actie in de eet. en arch. persoonlijkheid. 26 Resumé van C. 29 Personae vox significat „Naturae rationalis subsistens individuum". 30 Het persoonlijk bestaan van God is driezijdig. 31 :
De Sancta
D.
Trinitas ten allen tijde als een
Het karakter van
alle
De mysteriën van a De leer der ternare Heel het leven
1
mysterie
is
de eenheid
de antinomieën loopen
my ster!
de antinomieën. 32
in
uit
op Ts Moa-ryipcy
analogieën. [Augustinus: water, boom,
ternaren besloten. [Pythagoras
in
Ternaren gezocht
in
urn beschouwd. 31
b
:
licht;
=
God. 34
Luther: bloem.) 35
apiB-ixzc (1-2-3).] 37
den mensch en overgebracht op God. 37
Augustinus; Delitzsch Lessing; Sartorius; Leibnitz; Tvvesten Kant; Fichte, Sciielling, Hagel Schleiermaclier. Plato, Neo-Platonici, Hennes Tresmegistos Philo Kabbala. Perzische, ligyptische, Babylonische mythologieën en theogonieën. ;
;
;
;
;
Het recht,
HOOFDSTUK
44,
en de
noodzakelijkheid. 47 om
uit
de H.
S.
deducties temaken.
Het bewijs voor de Heilige Drieëenheid
II.
uit
de 49
Openbaring. Inleiding:
dit
bewijs
harten der Dit
dogma
bij
uitwendig
in
de
H.
S.
Israël. Hierbij drieërlei
Sporen van de
II.
In in
inwendig
in
de
49 standpunt;
1.
Triniteit in het
Coccejus; Organische Openbaring. 51
Voetius;
2. I.
;
geloovigen. 2.
OUDE TESTAMENT.
55
klimmende openbaring v. eene Differenzirung God, samenhangende met die in Zijn persoonlijk bestaan,
het O. T. eene
die dan in historie, 77, psalmen, 94, profetie, 98, hierin uitkomt, dat
wc
altijd
10.
hebben eene persoonlijke verschijning,
20. waaruit Goddelijk bewustzijn spreekt, en 30, die
nochthans van Jehova onderscheiden
is.
76
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 948 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 948 Pagina's