Een geloofsstuk - pagina 14
Rede ter inleiding van de 32ste jaarvergadering der vereeniging voor hooger onderwijs op gereformeerde grondslag saamgekomen te Haarlem op 4 juli 1912
EEN GELOOFSSTUK.
12
Zoo
we
zijn
twee trekken
in
twee trekken wel de
ons
1876
hun onderling verband.
in
schoolstichting
vrije
gegund hebben, zoo men
gedroomd had om Vrije
School
destijds van
toegekend.
om op
de mogelijkheid ook maar
Wel
heeft de
waar zou
ooit in die
zoo
ook maar
oude heer Heemskerk,
destijds reeds de scherp-
die eventualiteit te wijzen;
men met zoo onmogelijk
ten-Generaal dreef
iets
uitzicht
vrije
maar
in
de Sta-
den spot. Van-
droomerige malcontenten de energie varen, af
te
bedelen ?
Veeleer verkneukelde
zich in eigen gevaarlooze goedgeefschheid.
wel een
in
voor academische opleiding
was en de wet verdedigde,
zinnigheid gehad
men
Nooit zou
effectus civilis aan de doctorale graden van de
te zien
die toen minister
geworden, maar neem nu die
vrij
om
men
Immers, er kon nu
ja
hoogeschool komen, maar toch zou ze nimmer ge-
opend worden, want geen
rechten,
toch
op wagen
en
had ze graden, ze had voor die graden
al
stond er ook een
al
hem zou
dorst,
monomaan
op, die het er
niet anders resten
dan om, na,
zoo korte proef, met eigen hand het bordeken van „Te koop"
o,
aan den gevel van
Akademiegebouw aan
zijn
ook hier op een necopinata per contraria toen
van
historie
het
onze
juist
stichting
wat
)
1876 en 1905
blijven
voor altoos saamgeboekt.
de eerste erkenning van haar burgerrecht.
verhoord geworden.
is
daarom
ik te
Dat het
te slaan.
kon uitloopen, dacht
van de zoo bange geboorteweeën onzer
einde
1905
in
Doch
niemand.
l
Amalek's hoongelach
is
In
in
de
1876
stichting,
en
Onze bede
beschaamd.
Iets
hooger aansla, omdat gelijksoortig gevaar, dat van heel
anderen kant steeds dreigde,
in
beginsel althans tot dusver bleef
afgewend. Niet
heelde
alleen
het
de
Staat
toch,
reeds in de 14e
maar
eeuw
eer zelfs
Libertas Academica aanzag, en eer
de
Overheid
den
band.
de
Een
1)
in
onderling
nog
in
de Middeneeuwen
Universiteit omtuinde, sloeg haar de
toeleg
Kerk èn Universiteit her
met wat leede oogen ze
niet,
de
nog de Kerk, ver-
die
zijn
stoeien
Kerk aan
ten volle begrijpelijk was,
want èn
beide geestelijke machten, die van oudslust
hadden;
Vlak omgekeerd dan vermoed was.
eer
ze
er
om
dachten
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1912
Abraham Kuyper Collection | 36 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1912
Abraham Kuyper Collection | 36 Pagina's