Helpende handen - pagina 15

DE V U - F E E S T E N V A N

I93O

Lange tijd had het er naar uitgezien dat niet de wis- en natuurkundige, maar de medische faculteit de vierde faculteit zou worden. Daartoe was reeds in 1907 een eerste aanzet gegeven met de benoeming van de begaafde medicus dr. L. Bouman tot hoogleraar in de psychiatrie en de neurologie. Deze ging in 1 9 0 9 leiding geven aan deValeriuskliniek, een psychiatrische kliniek die de vu samen met de Vereeniging tot christelijke verzorging van Krankzinnigen en Zenuwlijders had laten bouwen. In 1919 was de niet minder bekwame dr. F. J. J. Buytendijk tot tweede medisch hoogleraar benoemd. Daarna stagneerde de uitbreiding echter, omdat steeds duidelijker werd dat een volwaardige medische faculteit te hoge lasten met zich mee zou brengen. Toen Buytendijk en Bouman bovendien in 1924 en 1925 benoemingen aan andere universiteiten aanvaardden, was de kans voor de medische faculteit verkeken. Vooral door toedoen van president-directeur Colijn, die een realistisch en doortastend bestuurder was, werd in 1927 besloten dat de beperkte medische opleiding aan de vu wel in stand zou blijven, maar voorlopig niet zou worden uitgebouwd tot een medische faculteit. In plaats daarvan zou de stichting van een natuurwetenschappelijke faculteit nu voorrang krijgen. Ook deze faculteit zou de jaarlijkse uitgaven van de vu fors doen stijgen, omdat er een laboratorium gebouwd moest worden, maar toch veel minder dan een medische faculteit die de beschikking zou moeten hebben over een academisch ziekenhuis. De teleurstelling over dit besluit was groot in gereformeerde kring, omdat men in het dagelijks leven nu eenmaal meer behoefte had aan 'christen-artsen' dan aan christelijke wis- en natuurkundigen. Toch deed dit geen afbreuk aan het succes van de financiële aktie voor de oprichting van de wis- en natuurkundige faculteit, die in het najaar van 1927 van start ging. Doel van de aktie was om drie ton bijeen te brengen, die bij het vijftigjarig bestaan van de vu kon worden aangeboden. De opbrengst van de jubileumaktie zou de verwachtingen echter ruimschoots overtreffen.Toen vu-directeur mr. G.H.A. Grosheide op 21 oktober 1930 in het Concertgebouw het woord nam om als voorzitter van de commissie voor het uitbreidingsfonds de uitslag bekend te maken, kon hij meedelen dat niet minder dan /432.4i5,7oy2 was bijeengebracht. Deze mededeling werd door de zaal met applaus en psalmgezang begroet. Op voorstel van de voorzitter, president-curator en oud-premier mr. Th. Heemskerk, stonden allen op om 'De Heer is mij tot hulp en sterkte' aan te heffen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen