Bijzondere chemie?! - pagina 114

DE

OPBOUW

aan de Vrije Universiteit opgevolgd door dr. J. M. Los (in 1959) - ook oud-leerling van de Vrije Universiteit - en dr. A. H. Weller van de technische universiteit in Stuttgart (in 1960). Los werd aangesteld voor de fysische chemie, in het bijzonder de elektrochemie, thermochemie en colloïdchemie. Weller werd aangesteld voor de spectroscopie.

116

Uiteraard hadden deze benoemingen consequenties voor het studieprogramma. Er kwamen meer afstudeerrichtingen, wat resulteerde in een grotere verscheidenheid in practica en tentamens. Dit leidde echter wel weer tot een langere studieduur. In de jaren vijftig en zestig behoorde je tot de snelle studenten als je het doctoraalexamen na een kleine acht jaar aflegde. De lange studieduur voor het kandidaatsexamen werd vooral veroorzaakt door de zeer uitgebreide practica analytische chemie en organische chemie. De vele omvangrijke tentamens die de studenten moesten afleggen zonder begeleiding van werkcolleges (wiskunde vormde hierop een uitzondering), zorgden voor een lange studieduur. Bovendien was er ook nu nog geen tentamenschema; de studenten konden zelf een voorkeursdatum aangeven op het aanvraagbriefje. Hierdoor moesten de studenten na de beëindiging van de practica vaak nog zo'n tien tentamens afleggen voor het kandidaatsexamen, met als gevolg aanzienlijke vertragingen. Het was in de jaren vijftig niet ongebruikelijk dat de studenten gedurende anderhalf tot twee jaar iedere middag practicum analytische chemie deden. Er werd nog veel aandacht besteed aan de gravimetrie en aan het maken van een kwantitatief en goed filtreerbaar neerslag. Hierbij waren de balans met omkeerpunten en roerstaven met en zonder rubbertje onmisbare attributen. Verder kwam het titreren met titratiefout-berekeningen uitvoerig aan de orde. Ook de kwalitatieve analyse met het H S-systeem en de blaaspijp behoorden tot het programma. Het practicum analytische chemie kon pas echt met een positief resultaat beëindigd worden, als de student in staat was een pauwenstaart (van cadmiumoxide) op een stukje houtskool te creëren en een silicaatanalyse goed uit te voeren. Van Dalen nam de vorderingen van alle studenten regelmatig met de assistenten door. Ook verscheen hij iedere middag in de practicumzaal om de studenten te ondervragen over de experimenten die zij aan het uitvoeren waren. Hij wilde zeker weten dat de student echt wist waarmee hij bezig was. In feite was Van Dalen een van de eersten die 'studiebegeleiding' in de prak-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen