GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Een buitengewone plek voor bijzondere kinderen - pagina 64

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een buitengewone plek voor bijzondere kinderen - pagina 64

Driekwart eeuw kinderstudies in het Peadologisch Instituut te Amsterdam (1931-2006)

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

ontstaan van het pi in amsterdam

wat er met het kind aan de hand was, dan liet hij het kind terugkomen voor een dag testen.37 De opname hing niet alleen af van de aard en ernst van de problematiek, maar ook van de financiële situatie van de ouders. Het doel van alle onderzoek en observatie was om zowel de mogelijkheden als onmogelijkheden van het individuele kind te bepalen. 38 Een idioot, imbeciel of debiel kind bleek vaak bijkomende stoornissen te hebben, die op het medische vlak lagen: een slecht functionerende schildklier, nierontsteking, spasmen of een zintuiglijk tekort. Juist die bijkomende problemen hadden ervoor gezorgd dat voorheen de intelligentie van een kind niet goed was ingeschat. De rapporten van artsen, onderwijzers van de school, en het psychotechnisch rapport dienden als basis voor de uit te zetten behandeling. Daarnaast zocht men op het instituut naar mogelijke oorzaken van de problemen. Daarin speelde de psychiater-neuroloog een belangrijke rol. Keer op keer benadrukte Waterink dat de vaststelling van de oorzaken van kindergebreken moeilijk was. Vaak waren er meerdere oorzaken of was er geen enkele oorzaak aan te wijzen. De gecompliceerde gevallen verschenen in artikelen. Daarin vergeleek hij het kind met gevalsbeschrijvingen in zowel binnen‑ als buitenlandse tijdschriften. Zo kwam hij op het spoor van zeldzame afwijkingen als de ziekte van Little, Fröhlich of Friedrich. In 1937 kreeg men een twaalfjarig meisje ter observatie dat leed aan de zeldzame afwijking ‘acrocephalo-syndactylie’, dat in 1906 voor het eerst beschreven was door E. Apert. Bij het naspeuren van de literatuur liep men bovendien aan tegen een gevalsstudie van dit meisje, toen ze zeven weken oud was. Daardoor was het mogelijk de ontwikkeling van deze ziekte vanaf de prille jeugd na te gaan.39 Een directe wetenschappelijke vrucht van dit pionieren was het proefschrift van de aan het instituut verbonden arts R. Vedder, waarop hij, bij ontstentenis van een Medische Faculteit aan de vu, in 1939 bij de hoogleraar H. C. Rümke van de Medische Faculteit aan de Rijksuniversiteit van Utrecht promoveerde. De titel was Over het copieeren van eenvoudige geometrische figuren door oligofrenen en jonge kinderen. Een pathopsychologische en ontwikkelingspsychologische studie. Op grond van waarnemingen bij honderd ernstig zwakzinnige en tweehonderd normale kinderen kwam de schrijver tot de conclusie dat de fouten, die in de literatuur bekend stonden onder de naam van ‘constructief-

Een buitengewone plek; Perfect Service; pag 63 2e proef

63

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 2006

Historische Reeks | 247 Pagina's

Een buitengewone plek voor bijzondere kinderen - pagina 64

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 2006

Historische Reeks | 247 Pagina's