GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Peter Bak__Historische Reeks Deel 14 - pagina 24

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Peter Bak__Historische Reeks Deel 14 - pagina 24

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

mens en medemens

had geschapen, werkte Dooyeweerd de gedachte uit dat in de empirische werkelijkheid een scheppingsorde aanwezig moest zijn. Alle levensterreinen waren uitdrukkingen van Gods wil. Ze vormden onafhankelijke sferen, staande onder Zijn soevereiniteit: juridisch, religieus, zedelijk, maatschappelijk, economisch, wetenschappelijk, kunstzinnig. De sferen bestonden uit diverse kringen die een grensoverstijgend karakter konden hebben. Zo was het huisgezin een kring die zowel juridische als zedelijke en economische facetten kende. In één opzicht waren alle kringen evenwel uniform: ze waren vrucht van Gods idee, expressie van Zijn ordinantiën.21 Volgens Kuiper berustten ook rangverschillen in Gods scheppingsorde. ‘Stellen wij het zo dat de verschillen in karakter en aanleg in de scheppingsorde gegeven zijn,’ schreef hij in zijn dissertatie, ‘dan zal het niemand verwonderen dat er overal en altijd hiërarchische verhoudingen zijn geweest en geenszins bijvoorbeeld alleen in een standenmaatschappij zoals de middeleeuwen hebben gekend.’ Ergo: dat binnen een bedrijf een ongelijke verhouding bestond tussen patroon en arbeider had niets met klassenmaatschappij te maken, evenmin met – dixit Van Heek – ‘beroepsgroepenstratificatie’. De verhouding lag simpelweg besloten in de scheppingsorde waarin eenieder zijn eigen plaats had. Dit grondbeginsel moest men aanvaarden, zo niet, dan ging men tegen Gods wil in. Menselijke uitwassen moesten echter worden bestreden, benadrukte Kuiper. Rangverschillen die de mobiliteit belemmerden en de toets van gerechtigheid of naastenliefde niet konden doorstaan (racisme, discriminatie) waren niet overeenkomstig de scheppingsorde en moesten uit de weg worden geruimd.22

mens en medemens In oktober 1954, ruim een halfjaar na zijn promotie, werd Kuiper lector sociografie in de economische faculteit van de Vrije Universiteit. In de faculteit stond al vijf jaar een leerstoel sociologie, bezet door Roel van Dijk, een gemoedelijke Drent van bescheiden, gereformeerde afkomst die al een loopbaan als bestuursambtenaar in Nederlands-Indië achter de rug had. Van Dijk, die in Assen de hbs had doorlopen en in Leiden indologie had gestudeerd, was na zijn Indische periode teruggekeerd naar de Leidse rijksuniversiteit waar hij was benoemd

23

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013

Historische Reeks | 401 Pagina's

Peter Bak__Historische Reeks Deel 14 - pagina 24

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013

Historische Reeks | 401 Pagina's