Peter Bak__Historische Reeks Deel 14 - pagina 124

‘coup’ van hoogleraren

staking gegaan, uit weerzin tegen de doorschietende democratisering die hun vakgroep tot speelbal van radicaal-linkse studenten maakte. Aan de vu dreigde zich volgens Kuypers hetzelfde scenario te voltrekken, bij politicologie en ook elders in de subfaculteit sociaal-culturele wetenschappen. Doctrinaire marxisten, ‘nauwelijks in staat of bereid in enig “bestaand systeem” te functioneren’, wilden de macht grijpen. Heel het universitaire raderwerk dreigde tot stilstand te komen, waarschuwde Kuypers. Conflict volgde op conflict, onderwijs en onderzoek werden ernstig belemmerd, benoemingen niet minder.53 Kuypers’ noodkreet viel samen met de weigering van de Mundusdelegatie in de subfaculteitsraad mee te werken aan het opstellen van een benoemingsreglement voor het wetenschappelijk personeel. Het reglement moest ertoe bijdragen dat onverkwikkelijkheden zoals rond de lectoraten sociologie en staatsrecht tot het verleden gingen behoren. Mundus weigerde echter medewerking aan een benoemings­ reglement dat binnen de grenzen van het universiteitsreglement bleef, omdat deze een benoemingscommissie voorschreef waarin de studenten in de minderheid waren. Een conceptreglement werd vervolgens weggestemd, maar ondertussen begon de tijd te dringen, zeker voor de opvolging van Van Zuthem die – teleurgesteld en gefrustreerd – had bekendgemaakt naar de universiteit van Twente te vertrekken. Er moest een nieuwe hoogleraar bedrijfssociologie worden benoemd, maar hoe? Een door Van Putten geleide ad-hoc-commissie, die moest bezien in hoeverre het bestuursreglement-Oostenbrink in meer democratische zin kon worden aangepast, bracht eind april 1974 niet het verlossende woord. Het commissierapport bevestigde slechts de meningsverschillen tussen het overgrote deel van de staf en de studenten en deed op cruciale punten geen eenduidige uitspraken.54 Het bestuur besloot wél klare wijn te schenken. Op de subfaculteitsraad van 29 mei 1974 vroeg decaan Bob Goudzwaard, voormalig arp-Tweede-Kamerlid die drie jaar eerder Van der Kooy was opgevolgd als hoogleraar economie, de raad zich onvoorwaardelijk uit te spreken voor zowel het vu-reglement als het reglement-Oostenbrink. Met tien tegen negen stemmen werd het voorstel verworpen waarop Goudzwaard concludeerde dat daarmee voor het bestuur de basis voor verdere samenwerking was komen te vervallen. Goudzwaard sloot de vergadering, om vervolgens nog voor dezelfde avond alle hoogleraren en lectoren bijeen te roepen, op veilige afstand van het strijdgewoel in

123

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen