GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Peter Bak__Historische Reeks Deel 14 - pagina 93

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Peter Bak__Historische Reeks Deel 14 - pagina 93

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

‘doek. einde’

92

voorstel van het bestuur werd echter met ruime meerderheid aangenomen. ‘Doek. Einde,’ schreef Heyne den Bak in een wrokkige, open brief aan het bestuur. Beide woorden stonden ook in de verklaring ‘Gedonder in de sociale’ waarmee Mundus op het gebeurde reageerde. De toon was fel en venijnig. Het subfaculteitsbestuur had een bot­ heid tentoongespreid waarvoor zelfs Spiro Agnew, de Amerikaanse vice-president die weinig naliet om zich als conservatieve houwdegen te profileren, zich nog zou schamen. Subfaculteitsvoorzitter Brasz had eveneens een kater, verzuchtend: ‘Het bestuur voelt zich momenteel een vreemde op de afdeling.’89 Soms ook een vreemde op de universiteit. ‘Voor de vu-bestuurders aan de top,’ schreef Brasz vijfendertig jaar na dato, ‘waren we minstens even afkeurenswaardig, omdat velen van ons enig begrip opbrachten voor de studenten en hun gedachtewereld.’90 Ook het voorzitterschap van de stuurgroep die studie maakte van de doelstellingen van de subfaculteit bezorgde Brasz een vervreemdend gevoel. Dat studenten bij de Frankfurter Schule in de leer gingen en alles en iedereen de maat van de Kritische Theorie namen vond hij prima, míts grondig en gerechtvaardigd, en daar ontbrak het nogal eens aan. ‘Ik zit er gewoon mee,’ schreef Brasz in een uitvoerige reactie op een stevig getoonzet stuk van doctoraalstudent sociologie Hans Verhagen, ‘dat bij jullie blijkbaar de mening heerst dat je eerst van het christendom af moet om echt socioloog te kunnen worden.’ Verhagen had geponeerd dat het leerstuk van de zondige natuur van de mens, en opheffing ervan in het hiernamaals, maatschappelijk engagement in de weg stond en daardoor positivistische wetenschapsbeoefening in de hand werkte. Dit griefde Brasz, ‘om zo maar met die positivisten op één hoop te worden gegooid.’ Boos was hij niet, rancuneus evenmin – ‘integendeel: ik wil er nu wel eens met jullie in ronde woorden over praten.’91 Die volgden ook, in de vorm van de prikkelende vraag of al het gescherm met Adorno, Horkheimer en Habermas niet slechts een luxueuze pose was van ‘een minderheid die geen verantwoordelijkheid draagt voor de bestaande samenleving en er ongegeneerd op los kan slaan.’ Hoe diep stak dat linkse gescherm eigenlijk? Het absolute vrijheidsbegrip waarop studenten zich beriepen om zelf de inhoud van colleges te bepalen had Brasz bij geen van de drie filosofen aangetroffen. Sterker nog: Habermas, die Brasz persoonlijk kende, hield uit-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013

Historische Reeks | 401 Pagina's

Peter Bak__Historische Reeks Deel 14 - pagina 93

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013

Historische Reeks | 401 Pagina's