GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Vijfde Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerden Grondslag - pagina 24

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

XIIV

meenschappelijke schuld worde ook de gemeenschappelijk nood gevoeld en gedragen, opdat niet eene enkele gemeente uittrede om daarna aan haar lot te worden overgelaten. Wil één der aanwezigen eindelijk, dat men toch de twee corporatiën: de Ned. Herv. Kerk en de V^ereeniging voor Hooger Onderwijs uiteen houde, omdat zy zoo alleen op elkaar een gezegenden invloed kunnen uitoefenen; de vergadering is van een tegenovergesteld gevoelen: wèl behoort de Universiteit niet van de Kerk uittegaan, maar geen der leden onzer Vereeniging mag zijn heilige roeping vergeten en uit het oog verliezen, dat juist het diep verval der kerk tot het vormen dezer Vereeniging het meest leidde. Met schier algemeene stemmen werd dan ook eene motie-Van Schelven aangenomen, waarmede het debat wegens het verstrijken van den tijd moest geëindigd worden, van den volgenden inhoud: „De vergadering aan een ieder individueel overlatend om naar den aard zijner roeping en volgens den wil des Heeren te doen, wat hem te doen staat, meent zelve als Vereeniging zich in deze van stappen te moeten onthouden." Een zeer verschillend punt der agenda was het volgende, niet handelende over geestelijke, maar over stoffelijke belangen: „hoe wordt de schuld op het hospitium rustende gedelgd ?" Uit het verslag over 1883 was der vergadering reeds bekend, dat een solied huis was aangekocht, niet alleen om voor Hospitium (tehuis voor studenten) te dienen, maar vooral ook om te voorzien in eene behoefte, welke zich steeds dringender gevoelen deed, die aan een eigen Universiteitsgebouw, weidsche titel voor een huis dat eenige leerzalen, eene vergaderzaal, een bureel en eene boekerij noodzakelijk bevatten moest. De President-Directeur deelde mede, dat de Colleges reeds in het gekochte huis werden gegeven, doch nu tot eene aanzienlijke verbouwing zou moeten overgegaan worden om de bovenverdiepingen voor studenten-kamers in te richten, terwijl. verder meubileering, verwarming enz. moest worden gereed gemaakt. Voor aankoop, verbouwing en inrichting is slechts ƒ 25,000 beschikbaar, dus blijft nog f 50,000 noodig, waarvoor de verantwoording op deze vergadering gelegd wordt. De Voorzitter doet mededeeling van het ingekomen schrijven van een broeder, die onbekend wil blyven, en ƒ 2000 toezegt voor dit doel. Vele voorslagen om zooveel mogelijk alle aanwezigen op te wekken tot het collecteeren in, eigen kring worden gedaan; tot eindelijk Br. Oppedijk opmerkt, dat met den aankoop van dit huis eigenlijk is beslist dat de Universiteit — voorloopig te Amsterdam geopend — daar gevestigd blijft. Dit is eene zoo gewichtige beslissing, dat eene buitengewone gave thans mag

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1885

Jaarboeken | 128 Pagina's

Vijfde Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerden Grondslag - pagina 24

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1885

Jaarboeken | 128 Pagina's