Veertiende Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerde Grondslag - pagina 28

xxvni bijzondere offerande, die men gaarne brengt, naarmate de omstandigheden zulks toelaten. In Israel had men ook de vaste offers en bovendien de vrijwillige offers, waartoe veelvuldige aanleiding bestond. Dit nu wordt nog te weinig gevoeld. Ook wordt te weinig rekening gehouden met de natuurlijke gierigheid van ons hart, al hebben wij ook kennis aan de genade. Men vergeet daardoor, dat men zichzelven een band moet aanleggen om niet in de strikken van dat arglistige hart te vallen. Zoo b.v. gebeurde het voor eenigen tijd met een broeder, die gewoon was f 25.— contributie te betalen, dat deze beter oordeelde voortaan zijn gave in de collecte te geven, zoodat hij voor de gewone jaarlijksohe quitantie bedankte, onder toezegging, dat hij het bedrag zijner contributie langs genoemden weg wel zou storten. Maar toen de collecte overgemaakt werd, bleek het, dat de geheele opbrengst geen derde gedeelte van f 25.—• bedragen had. Onze broeder had er niet op gerekend, dat de gierigheidsduivel hem niet met rust zou laten, nu hij den weldadigen band der quitantie willekeurig had verbroken. Een Vereeniging als de onze, wier budget van uitgaven de halve ton nu reeds ieder jaar overschrijdt, die bovendien zich moet kunnen uitbreiden, moet in de gewone omstandigheden kunnen rekenen op voldoende ontvangsten om die uitgaven te kunnen bestrijden. Zy heeft belangrijke verplichtingen aanvaard, waaraan zij zich niet kan onttrekken. Kapitaal bezit zij niet, belastingen opleggen kan zij niet. Het is dus een zaak van onderling vertrouwen. Wanneer ooit blijken mocht — hetgeen de Heere verhoede — dat dit gemeenschapsgevoel niet meer wierd erkend, zou haar voortbestaan niet meer mogelijk zijn. Groote buitengewone giften als in 1892 (eene van /"3000.— en eene van f 1500.—) komen niet ieder jaar terug. Daarop mag dan ook niet gerekend worden. De gewone inkomsten moeten meerder worden. Directeuren hebben zich dan ook steeds beijverd, langs allerlei wegen het getal der leden en begunstigers te doen toenemen. Daarin worden zij steeds krachtig gesteund door onzen trouwen amanuensis, den heer v. Oversteeg, die waarlijk niets onbeproefd laat om, waar hij kan, de belangen van het hooger onderwijs op den bodem van Gods Woord te bevorderen. Hij onderhoudt daartoe geregelde correspondentie met de BB. agenten en correspondenten in de onderscheiden districten, wekt steeds krachtdadig op tot meerderen ijver en bezoekt de vrienden ook persoonlijk, wanneer hij er de gelegenheid toe heeft. Zoo heeft hij in het afgeloopen jaar aan Zeeland en Friesland een bezoek gebracht en

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen