GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Zestiende Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerde Grondslag - pagina 54

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

LH

Het is dus moeilijk denkbaar, dat Spinoza in dezen tijd aan clericalisme had kunnen doen. Maar er is meer. De groote denker zelf was een slachtofiër van het clericalisme, hij werd er door vervolgd; met name de Gereformeerde predikanten maakten het hem lastig, en het was daarom noodig, dat Jan de Witt hem beschermde. Na den moord, op de De "Witten gepleegd, werd de volksmenigte ook tegen Spinoza opgehitst, en men bracht het zóó ver, dat zijn werken niet meer mochten worden uitgegeven. Uit dit alles volgt, dat Spinoza — zelf lijdend onder den druk van het clericalisme — niet clericaal kon zijn. De opvatting, die de inleider van clericalisme heeft, zoo betoogde de heer Meijer, is vreemdsoortig en strookt niet met de beteekenis, die men in het gewone spraakgebruik aan dit woord geeft. Spinoza wilde, dat de vrijheid van denken onverlet zou blijven; dat de macht daarover niet aan predikanten zou worden gelaten, maar dat de Staat die vrijheid zou beschermen. Met een aanhaling uit Spinoza's geschriften trachtte spreker aan te toonen, dat Spinoza wars van clericalisme was en wilde, dat de Staat den godsdienst van naastenliefde zou toepassen en handhaven, wijl deStaat daartoe het beste geschikt is. Na te hebben herinnerd aan den dood van Oldenbarneveldt, die volgens spreker viel als het slachtoffer van clericalisme, herhaalde hij, dat het niet aanging Spinoza clericalisme te verwijten, ten minste als men dat woord in zijn gangbare historische beteekenis neemt. Prof. DR. F . L . RUTGERS wijst er op, dat de stof, die de inleider aanbood voor deze meeting, wat rijkelijk machtig is. Hij onthaalt ons op een intellectueel diner van grooten omvang, dat aan voorsnijden en opdienen wel wat veel tijd in beslag neemt. Spreker zou daarom den inleider de vraag willen doen, of er in zijn stellingen niet deze hoofdgedachte ligt, dat de inleider bedoeld heeft het beginsel van de Vrije Universiteit negatief en antithetisch uiteen te zetten. Het beginsel kan natuurlijk op twee manieren worden bepleit :^052Ïïe/" en thetisch^ zooals voorheen vaak geschiedde, en negatief en antithetisch, zooals de inleider het nu deed; een wijze van doen, indertijd ook door Da Costa gevolgd, toen hij de theologische faculteit te Leiden onder handen nam en eens deed zien, wat daar al zoo geleerd werd. Van dat standpunt bezien is het dan ook goed, dat de eerste stelling met den Minister begint, die zoo wat Directeur van het openbaar Hooger Onderwijs bij ons te lande is.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1896

Jaarboeken | 207 Pagina's

Zestiende Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerde Grondslag - pagina 54

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1896

Jaarboeken | 207 Pagina's