Jaarboek 1976-1977 - pagina 101
In dit alles heeft hij zijn aanleg kunnen volgen en gevolg kunnen geven aan wat hij als zijn roeping beschouwde. Zijn professoraat en ook zeer beslist de leerstoel juist aan de Vrije Universiteit met haar reformatorisch karakter, vormden het door hem gewenste uitgangspunt om een wetenschappelijke fundering mogelijk te maken voor zijn denkbeelden en optreden. Natuurlijk heeft dit alles veel tijd gevergd en aan publikaties kwam hij voor zijn gevoel te weinig toe. Desalniettemin is er niet alleen voor degene, die geïnteresseerd is in zijn levensbeschouwelijke benaderingswijze, maar ook voor de vakgenoot voldoende van belang te vinden in de geschriften die hij heeft nagelaten. Niet zonder reden beleefde zijn dissertatie een pocketuitgave, die speciaal in de Verenigde Staten ruime aftrek vond. Daarnaast zijn er diverse artikelen, waarin originele gezichtspunten opgesloten liggen voor de kunsthistorische visie op zaken uit de negentiende- en twintigste eeuw, maar ook op de Nederlandse schilderkunst uit de eerste helft van de zeventiende eeuw. In andere publikaties heeft hij zijn filosofisch-theoretische gezichtspunten uiteengezet of — een heel andere kategorie — behandelde hij de vroege Jazzmuziek. Helaas is zijn hoop, dat hij in de toekomst nog eens de tijd zou krijgen om bepaalde gezichtspunten verder uit te diepen niet in vervulling gegaan. C. A. van Swigchem
lOI
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1976
Jaarboeken | 270 Pagina's