GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1951 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 44

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

PALAEONTOLOGISCHE OUDERDOMSBEPALING door J. R. VAN DE FLIERT, Geol. drs.

I. Relatieve ouderdomshepaling; de geologische tijdschaal. ledere relatieve ouderdomshepaling van afzettingsgesteenten in de aardkorst, v^^aarbij het dus uitsluitend gaat om het „ouder d a n . . " of „jonger dan..", berust, direct of indirect, op het beginsel dat in de geologische litteratuur als de wet van de superpositie bekend staat. Dit houdt eenvoudig in, dat bij normale gelaagdheid de onderliggende afzettingen de oudere, de bovenliggende de jongere zijn. In bizondere gevallen kan deze orde omgekeerd zijn of kan herhaling van eenzelfde sedimentpakket in een verticaal profiel optreden. Deze verschijnselen kunnen evenwel slechts optreden in sterk gestoorde gebieden, waarbij dan intensieve plooiïng van de formaties of andere aanwijzingen voor sterke bewegingen in dat gebied den onderzoeker tot voorzichtigheid manen in de toepassing van het bovengenoemde beginsel. De stratigraphie, de leer van de sedimentaire formaties waaruit de aardkorst voor een belangrijk deel is opgebouwd, is vervolgens gebaseerd op het ervaringsfeit, dat een bepaalde formatie zijn eigen fossielinhoud heeft, die voor deze formatie karakteristiek is. Dit feit werd reeds door Martin Lister (1638—1712) geconstateerd, hoewel hij nog op het standpunt stond, dat fossielen niets met gestorven dieren te maken hadden, maar „lapides sui generis" waren. De Engelse onderzoekers Robert Hooke M.D. (1635—1703) en vooral William Smith (1769—1839) hebben van dit feit gebruik gemaakt om de stratigraphie op te bouwen en te komen tot het opstellen van een geologische tijdschaal. Wanneer we ons dan vandaag op het standpunt stellen, dat fossielen inderdaad resten van gestorven dieren zijn, dan komt vervolgens de vraag aan de orde of ieder verschil in fossielinhoud van geologische formaties ook een aanwijzing is voor verschillende ouderdom van die formaties. Dit nu is stellig niet het geval. Om dit te bewijzen stel ik mij op het actualiteitsbeginsel van Lyell en stel de vraag, welke afzettingen er vandaag nog gevormd worden en hoe het is gesteld met de resten van fauna of flora daarin. En dan blijkt onmiddellijk, dat afzettingen in eenzelfde tijd gevormd, grote verschillen

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1951

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 224 Pagina's

1951 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 44

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1951

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 224 Pagina's