GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1959 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 200

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

HET BEWIJS fN DE GENEESKUNDE

161

Voorts komen hier interpretatieproblemen opduiken wanneer het gaat om de grens tussen gezond en ziek, om het vaststellen van bepaalde normen op het gebied van de lichamelijke functies en de gedragingen van de patiënt en ook deze normen zijn voortdurend aan wisselingen onderhevig. Dit alles brengt met zich mee dat ook de medicus steeds meer gaat denken in het kader dat men met de fraaie naam multidimensionaal heeft versierd. Naarmate de problemen ingewikkelder worden is het immers moeilijker te spreken van één bepaalde oorzaak voor de verschijnselen en men is gaan inzien dat een multicausaal denken noodzakelijk is voor een zoveel mogelijk adaequate benadering van de verschijnselen en problemen. In de geneeskunde is van dit multicausale denken vooral de psychiatrie als een goed voorbeeld te noemen. Bij de ontmoeting van patiënt en arts zijn er altijd twee aspecten, het historische en het natuurwetenschappelijke. Ik heb mij afgevraagd van welke aard het bewijs in de geneeskunde is en ik meen dat men de staat van zaken het best zó voor kan stellen dat het bewijs in de geneeskunde voornamelijk overeenkomst vertoont met dat in een tweetal disciplines welke hier in deze week ook aan het woord geweest zijn, namelijk de natuurwetenschap en de geschiedenis. De beide aspecten waarover ik hierboven sprak, zijn namelijk zoals reeds gezegd van historische en natuurwetenschappelijke aard. Ik bedoel hiermede het volgende: De verschijnselen die wij bij de patiënt constateren en die van een bepaalde vorm van ziekzijn getuigenis afleggen, zijn op twee wijzen te ordenen. Het historische aspect is hierin gelegen dat het individu altijd subject is en als zodanig uniek in de gehele wereld. De ziekte waaraan hij lijdt is niet zonder meer uit de lucht komen vallen, maar heeft een duidelijk historisch karakter, dat wil zeggen het ontstaan en het proces van de ziekte is verbonden met de historie van deze bepaalde unieke mens. Wij spreken dan ook in de kliniek steeds van een ziektegeschiedenis. Daarnaast kan men trachten de verschijnselen die zich aan ons voordoen te observeren en de zieke te maken tot een object van onderzoek. Wij gaan dan niet de historische, maar de natuurwetenschappelijke bewijsvoering volgen en trachten, zij het vaak op eerbiedige afstand, ons de stringente bewijsmethode van de natuurwetenschap eigen te maken. Jaren geleden heeft Van der Horst er al op gewezen hoe er tweeërlei kenvorm is in de medische wetenschap. In het orgaan van onze vereniging heeft hij in 1925 deze tweeërlei kenvormen uitvoerig beschreven en ook daar weer kwam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1959

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 295 Pagina's

1959 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 200

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1959

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 295 Pagina's