1963 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 44

28

A. C. DROGENDIJK

tief tot de laagste inkomensklasse behoren, oplossen door de invoering van een stelsel van uniforme premieregeling en van het beginsel van premieheffing naar draagkracht. De door de ziekenfondsen voor de afdeling vrijwillige verzekering gemaakte kosten zouden dan landelijk verevend dienen te worden. Voorts wil de Minister de toetreding tot de vrijwillige verzekering geheel vrij laten, dat wil dus zeggen zonder enige selectie. Zo op het eerste gezicht lijkt deze opzet niet onaantrekkelijk. Zodra men echter deze plannen dieper gaat bestuderen komt men tot de conclusie dat het voorgestelde geen oplossing biedt voor de onderliggende problemen. Wat zijn de gevolgen van de voorgestelde regeling? „Dat de vrijwillige verzekering", aldus het reeds genoemde prae-advies, „binnen de daartoe gestelde grenzen alle zich aanmeld dende personen zal moeten opnemen, ongeacht hun gezondheidstoestand. Dit betekent het onderbrengen van tal van slechte risico's, waarvan de meerdere kosten uitsluitend door de vrijwillig verzekerden zullen moeten worden gedragen, omdat deze groep in de opvatting van de Minister „self-supporting" zal moeten zijn. Bedenkt men daarbij dat de verstrekkingen van de vrijwillige verzekering gelijk moeten zijn aan die van de verplichte verzekering, dan mag zeker worden verwacht — gelet ook op de wensen, die er ten aanzien van het verstrekkingenpakket van de verplichte verzekering nog bestaan — dat de lastenstijging voor de vrijwillige verzekering hierdoor alleen al niet onaanzienlijk zal zijn. Hiertegenover zal dus moeten komen te staan een stijging van de premie-kosten. Daarbij vdl de Minister rekening houden met de draagkracht van de verzekerden door invoering van een aantal inkomensklassen met daarmede corresponderende klimmende premie-bedragen. Het staat wel vast dat een en ander, zeker voor de „hogere inkomensklassen" — doch altijd nog beneden de welstandsgrens — een sterke premieverhoging zal betekenen. Dit zal ongetwijfeld tot gevolg hebben dat zij, die zich in deze groep tot de goede risico's rekenen — b.v. de ongehuwden en de kleine gezinnen — de vrijwillige verzekering zullen verlaten, hetgeen de zojuist geschetste stijging nog zal versterken. Een en ander moet toch wel noodzakelijkerwijze leiden tot een ernstige verzwakking van de vrijwillige verzekering met alle consequenties van dien. Naar onze mening is heffing van een getrapte premie naar inkomensklasse als bedoeld in het door de Minister voorgestelde stelsel dan ook niet mogelijk.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen