GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De Vrije Universiteit in oorlogstijd - pagina 31

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Vrije Universiteit in oorlogstijd - pagina 31

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

P R O F . MR V. H. R U T G E R S 27

dat „in V o l k s g e e s t e n B u r g e r z i n (April 1829) een

begin van principieele verandering bespeurd wordt" (Nederlandsche

Gedachten, tweede serie, v, p. 256). De indeeling heeft, zoo meent

de Faculteit, te minder zin, daar in het eerste hoofdstuk doorgaans

de Groen van na 1830 aan het woord is.

Een ander bezwaar, dat tegen het stuk kan worden ingebracht,

is het overdadig gebruik, dat daarin gemaakt wordt van citaten.

Ook toont de schrijver zich niet voldoende op de hoogte van de

litteratuur betreffende zijn onderwerp en trekt hij niet genoeg-

zaam partij van het gedrukt bronnenmateriaal.

Er is echter van zijn verhandeling ook wel wat goeds te zeggen.

Met Geyl's beschouwing, als zou Groen's zienswijze ten aanzien

van de verhouding tusschen de Noordelijke en de Zuidelijke

Nederlanden lijden aan innerlijke tegenstrijdigheid, heeft hij zich

wel ter dege bezig gehouden. Ook toont hij er oog voor te hebben,

dat bij de behandeling van „Groen en de Belgische Opstand" de

vraag aan de orde komt, welke beteekenis de Opstand en hetgeen

daaraan onmiddellijk voorafgegaan is heeft voor den gewichtigen

omkeer, die zich juist in dezen tijd in Groen's leven en denken

voltrekt.

Maar al gaat hij voor dieper liggende kwesties niet uit den weg,

hij heeft zich niet scherp op zijn doel gericht en zich niet bij

machte getoond zijn gegevens en beschouwingen zóó te ordenen

en onder woorden te brengen, dat er een welsluitend geheel is

ontstaan.

Zijn antwoord kan dan ook niet bekroond of eervol vermeld

worden.

Het naambriefje is ongeopend vernietigd.

De tweede door de Faculteit uitgeschreven prijsvraag luidde als

volgt: zij verlangt een uiteenzetting betreffende: „De verhouding

tusschen wijsbegeerte en paedagogiek in de Nederlandsche weten-

schappelijke litteratuur der laatste halve eeuw".

Ter beantwoording van deze prijsvraag is één studie ingekomen,

onder het motto: „De paedagogiek zal filosofisch zijn — of ze zal

niet zijn".

Zij telt behalve titel, inhoudsopgave en noten 242 pagina's kwarto

formaat. Na een kort voorwoord van 2 pag. volgen drie stukken,

n.1. I. „Terreinverkenning" (pag. 1—68), II. „Het theoretisch-

systematische deel" (pag. 69—142), III. „Het practische deel" (pag.

143—242) en een slotwoord (pag. 243—244).

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1946

Publicaties VU-geschiedenis | 200 Pagina's

De Vrije Universiteit in oorlogstijd - pagina 31

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1946

Publicaties VU-geschiedenis | 200 Pagina's