Aardwetenschappen aan de Vrije Universiteit 1960-2001 - pagina 14

Inmiddels was de universiteit, m het kielzog van de ontwikkeling van de medische

faculteit en mede gericht op de markt voor leraren in het middelbaar onderwijs, in

1950 gestart met de opleiding biologie Dat impliceerde de noodzaak te voorzien

in bijvakonderwijs op het terrein van de geologie In eerste instantie werd hiertoe

een, naar het schijnt mm of meer persoonlijk, contract afgesloten met prof dr H A

Brouwer van de Universiteit van Amsterdam Maar in 1957 wordt met de benoe-

ming van Wiggers tot buitengewoon (twee dagen per week) lector in de geologie

een eigen voorziening gecreëerd

Rond die zelfde tijd leiden de wens van de universiteit om nu inderdaad ook een

geografie-opleiding van start te doen gaan en die van de faculteit der Wiskunde en

Natuurwetenschappen om tot een versterking en afronding van de faculteit te

komen door de toevoeging van een geologische afdeling, tot een convergerende

ontwikkeling De vakgebieden van de geologie en de geografie worden in nauwe

samenhang tot ontwikkeling gebracht In 1960 wordt een aanvang gemaakt met de

opleiding in de geologie'' en m 1961 met de opleidingen in de fysische en de soci

ale geografie^ Daarmee samenhangend komt het tot de benoeming van een viertal

ordmarii die het complete vakgebied van de geologie en de fysische en sociale

geografie afdekken per 1 januari 1960 Wiggers (fysische geografie en

Kwartairgeologie) en Van de Fliert (historische en tektonische geologie), later in

dat jaar Uytenbogaardt (mineralogie en petrologie) en in 1961 Heslmga (sociale

12 geografie) Wiggers, aan wie door Curatoren een centrale plaats in de ontwikkelin-

gen was toegedacht en die directeur werd van zowel het Geologisch als het

Geografisch Instituut, was betrokken bij de keuze van kandidaten voor de leer

stoelen mineralogie en petrologie respectievelijk sociale geografie De kandidaat

voor de leerstoel historische en tektonische geologie stond vast, maar aan te

nemen valt dat Wiggers wel betrokken is geweest bij het vaststellen van de leer

opdracht Opvallend is dat bij de hele operatie de geologie getalsmatig verreweg

aan het langste eind trekt Waarschijnlijk is dat de VU zich hierbij gespiegeld heeft

aan de situatie zoals die bij andere universiteiten bestond In zijn oratie memo-

reert Wiggers (1960) ten aanzien van de geologie een verwachtingspatroon van

drie docenten Bij de fysische en sociaal geografische afdelingen in den lande was

er in die dagen sprake van slechts een docent hoogleraar

Ontwikkelingspolitiek; een dominante positie van Wiggers

Toen de hierboven geschetste ontwikkeling in gang werd gezet, moet het voor alle

betrokkenen aan de VU van meet af aan duidelijk zijn geweest dat de ontwikke

Imgsmogelijkheden van de afdelingen geologie en fysische geografie beperkt zou-

den zijn Landelijk gezien ging het in deze disciplines om relatief geringe aantallen

studenten Als regel mocht de Vrije Universiteit m de toenmalige situatie als maxi-

mum aandeel in de landelijke studenteninstroom rekenen op een behoorlijk per

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen