Aardwetenschappen aan de Vrije Universiteit 1960-2001 - pagina 101

geologie en fysische geografie, weinig heil te verwachten viel van een overgang

naar de UvA''.

In een overleg op 4 januari 1983 kreeg het faculteitsbestuur voor de eerste maal

het signaal dat het College van Bestuur veel waardering had voor wat er m het

kader van de VSF tot stand gebracht was en dat het er waarde aan hechtte dit voor

de VU te behouden' Het gesprek met de sectie van de Academische Raad maakte

duidelijk dat totale concentratie van de geologie m Utrecht ook naar de mening

van die subfaculteit geen wenselijke optie was. Utrecht was van oordeel dat de

vereiste bezuinigingen op het terrein van de geologie primair zouden moeten

komen uit de opheffing van de Leidse en Groningse instituten en uit de winst die

te behalen viel door samenvoeging van de beide Amsterdamse instituten. Alles

wees er op dat voor wat betreft de geologie en de fysische geografie m de komen-

de "deeloverleggen" de oplossingen uit Amsterdam zouden moeten komen

De " d e e l o v e r l e g g e n "

Die "deeloverleggen" vonden plaats op 19 januari 1983 in het gebouw van de

Academische Raad m Den Haag, eerst voor de geologie en vervolgens voor de geo-

grafie Voorop stond de noodzaak de opgelegde bezuinigingsaanslagen te "accom-

moderen". Kwaliteitsargumenten, waarvan de VSF het m de eerste plaats moesten

hebben, kwamen tijdens de overleggen rechtstreeks met of nauwelijks ter sprake

Binnen geologisch Nederland heerste grote verontwaardiging over de TVC-

aanslag voor de discipline. Betoogd werd, o.a. in een schrijven van de Sectie

Aardwetenschappen van de Academische Raad aan de voorzitter van de TVC,

dd. 5 januari 1983, dat op het terrein van de geologie m het kader van de

herstructureringsoperatie van de late jaren '60 en de jaren '70 reeds

omvangrijke bezuinigingen gerealiseerd waren en dat het onredelijk en

onverantwoord was nog dieper te snijden. Ook werd gewezen op het feit dat,

als consequentie van de overgang naar de twee-fasen opleiding, recentelijk

(maar voorafgaand aan de TVC operatie) besloten was het geologisch onder-

wijs in de twee kleine vestigingen te Leiden en Groningen te beëindigen,

zodat er al sprake was van een aanzienlijke reductie van het aantal vesti-

gingsplaatsen Dat laatste argument was reëel Dat er in het kader van de

herstructureringsoperatie grote bezuinigingen waren gerealiseerd is echter

twijfelachtig, het tegendeel lijkt het geval

Voor wat betreft de geologie werd allereerst duidelijk dat de "opbrengst" van de

reeds in gang gezette opheffing van de instituten te Leiden en Groningen*, ten

laste kon worden gebracht van de aanslag van Mf 5. Daarmee resteerde een bezui-

nigmgsbedrag van tussen de 2 en 3 miljoen gulden'. Fusie van de opleidingen aan

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen