Een hoeksteen in het verzuild bestel. De Vrije Universiteit 1880-2005. - pagina 160

meer gezag dan zijn voorganger, en hij heeft een duidelijke visie ontwikkeld voor het

aankoopbeleid. Drie dingen bepaalden de prioriteiten: verzamelen van alles wat verband

hield met de gereformeerde wetenschap in de ruimste zin; aanschaf van hulpmiddelen

en hoofdwerken op elk studiegebied dat aan de Vrije Universiteit werd beoefend; spe-

ciale onderwijsbibliotheken voor alle afdelingen of faculteiten, die er behoefte aan had-

den.'*"' Buiten de vakantietijd was de bibliotheek nu zes dagen in de week geopend. De

voornemens waren goed genoeg. Voor de realisering was men afhankelijk van geld en

goede gaven. Onder de schenkers verdient in het bijzonder de familie Keuning genoemd

te worden, die afstand deed van de boekenverzameling van wijlen Willem de Mérode.'^^

De Akademie van Wetenschappen, door ruimtegebrek geplaagd, schonk bijna volledige

series van de resoluties van de Staten-Generaal, de resoluties van de Staten van Holland,

en de notulen van Zeeland. Ze werden voorlopig ondergebracht in de bergkamers van

het scheikundig laboratorium'^^^ want tekort aan ruimte zou altijd Willes voornaamste

zorg blijven.

Een enkele gebruiker is naar ik zeker weet de Akademie zeer dankbaar geweest voor

deze milde gift, maar veel lezers hebben die series niet gevonden. Dat probleem zal zich

vaker voordoen bij oudere uitgaven. Wille heeft het zelf ervaren met zijn lievelingskind,

de collectie die bijeengebracht was door de Vereniging het Bilderdijkmuseum. In 1931

kreeg ze plaats binnen de Vrije Universiteit, tot grote vreugde van Wille. Met zo'n ver-

zameling kon gewerkt worden, en in zijn jaarverslag spoorde hij allen aan die stukken be-

zaten van gereformeerde voormannen, zich af te vragen of zij die niet zouden afstaan ten

bate van het historisch onderzoek. '^* De gedachte heeft pas veertig jaar later vorm gekre-

gen in de oprichting van het Historisch Documentatiecentrum voor de Geschiedenis van

het Nederlands Protestantisme. Zelfs toen stuitte dat nog op enige weerstand, en Willes

beleid in dezen vond bij de collega's weinig steun. H.H. Kuyper sprak in zijn rectorale

rede van 1931 een nogal kil welkomstwoord uit: buiten de senaat om heeft het Bilderdijk-

museum twee kamers ter beschikking gekregen.'^s Wille verloor de moed niet, al moest

hij erkennen dat de belangstelling voor Bilderdijk zeer gering bleef Hij bleef'hopen op

een nabije toekomst met meer historischen diepgang en ruimer geestelijk onderschei-

dingsvermogen'.'^^ Gemeten aan de interesse voor Bilderdijks geestelijke nalatenschap

moeten dat de laatste decennia van de twintigste eeuw zijn geweest.

DE THEOLOGEN

Langer dan vijftig jaar heeft de theologische faculteit steeds de meeste studenten getrok-

ken. Voor het eerst in 1936 moest ze die koppositie prijsgeven, om haar nooit meer te

herwinnen. Die achteruitgang kon eenvoudige oorzaken hebben. Arbeidsplaatsen waren

schaars in de jaren dertig, ook in de kerk. Het was niets uitzonderlijks als een afgestu-

deerd theoloog pas na enkele jaren een beroep ontving. Toch maakten directeuren zich

zorgen. De eeuwige vergelijking met Kampen leefde weer op. Colijn bleef als minister-

156 EEN HOEKSTEEN IN HET VERZUILD BESTEL

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen