GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Religieus eklekticisme - pagina 18

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Religieus eklekticisme - pagina 18

Rede gehouden bij de overdracht van het rectoraat aan de Vrije Universiteit te Amsterdam

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

16 is ARISTOTELES' oordeel geweest omtrent de essentie of het wezen van het Absolute. Zijn antwoord heeft hij daarop gegeven in wat hij zelf noemde zijn Theologie of Godsleer, in wat later zijn Metaphysika is genoemd. Voor het denken van den STAGYRIET is beneden de Natuur of wat „als vorm beweegt en als stof bewogen wordt", de vorrolooze stof of wat slechts „bewogen wordt, doch niet beweegt", en dus enkel potentie is. Maar voor zijn denken is boven de Natuur de stoflooze vorm, of wat slechts „beweegt, maar niet bewogen wordt", en deze stoflooze vorm is voor hem God. God, stofloos en dus onlichamelijk, zuiver actus of, zooals het later zal heeten, „actus purus"; zoodat in God niets wordt, maar alles is. En deze God, dien de wijsgeer zich denkt boven de wereld bij de uiterste sterrenfeer, in den reinen aether of het vijfde element, raakt van daaruit, en dus van buitenaf, de hemelsfeer aan en is als zoodanig het eerst Bewegende of de eerste Beweger. God, zegt ARISTOTELES, „beweegt als het geliefde". Hij is, als causa finalis, het doel, waarnaar alles in de wereld streeft, maar die in zelfgenoegzaamheid naar 'niets streeft en in de wereld noch werkt, noch handelt. En wijl voor ARISTOTELES het denken over het Absolute het hoogste is, kent hij zijn God geen andere actie toe dan de met hoogste zaligheid verbonden zelfbespiegeling, wijl dit „denken van het denken" het hoogste goed is. Dit deïstische Godsbegrip, waarin de Godheid enkel transcendent is maar slechts „beweegt als het geliefde", doet denken aan de hartelooze schoone, wier machtige attractie wel den minnaar beweegt, doch die zich harerzijds van alle avances onthoudt. Dan, hoe dit zij, bij ons bezoek aan het LYCEUM beluisteren wij, dat de naaste opvolgers van den Stagyriet zijn theologie of, wilt gij, Metaphysika nog doceeren. Het is onder deze generatie nog het oude LYCEUM. Keeren wij thans in gedachte terug naar de stad, om er ook een bezoek te brengen aan de STOA. De STOA, een dier vele overdekte zuilengangen in ATHENE, welke, bij ongunstige weersgesteldheid, gelegenheid boden voor openlucht-verkeer. Door POLYGNOTOS met schilderingen versierd, heet deze STOA de bontkleurige.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 20 oktober 1919

Rectorale redes | 72 Pagina's

Religieus eklekticisme - pagina 18

Bekijk de hele uitgave van maandag 20 oktober 1919

Rectorale redes | 72 Pagina's